erfgoedobject

Sint-Andries

bouwkundig element
ID
5589
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/5589

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als beschermd monument Sint-Andries
    Deze bescherming is geldig sinds

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Andries
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Historiek en context

Woon- en handelspand in eclectische stijl naar een ontwerp door de architect Frans Smet-Verhas uit 1880, herwerkt door de architect Lievin Van Opstal in 1882. Het beeldbepalende gebouw beslaat het hoekperceel van Nationalestraat en Kammenstraat, ingeplant op de kruising met de Steenhouwersvest en de Lombardenvest, als pendant van het tegenoverliggende “Modepaleis”. De oorspronkelijke opdracht gold de nieuwe vestiging van “Au Bon Marché”, een winkel in ‘nouveautés’, sjaals, zijdewaren en confectie aan de Steenhouwersvest, uitgebaat door de firma Hervé & Cie. Na het verkrijgen van de bouwvergunning in mei 1880 gingen de werken onder leiding van Smet-Verhas van start, om al na korte tijd te worden onderbroken, naar verluidt wegens problemen met de levering van de gietijzeren onderdelen door een gieterij uit Sclessin. Uiteindelijk werd het project in 1882 overgenomen door de heer E. Van den Wyngaert, die om het gebouw te voltooien Van Opstal engageerde als architect. Zoals uitgevoerd beantwoordt het gebouw tot in de details aan het ontwerp van Smet-Verhas, waarbij het aandeel van Van Opstal zich lijkt te beperken tot het dakniveau. Onduidelijk is tot hoever de bouw bij de overname van het project al was opgeschoten; uit het bouwdossier valt wel af te leiden dat in 1881 een groot aandeel van de bouwmaterialen op de werf aanwezig was. Boven de winkel die begane grond en entresol besloeg, bevonden zich appartementen, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal in de travee uiterst rechts.

“Au Bon Marché” behoort tot de vroegst gekende ontwerpen van Frans Smet-Verhas, die actief van de begin jaren 1880 tot vermoedelijk 1910. Waar zijn vroege oeuvre wordt gekenmerkt door een overladen eclecticisme, leverde hij kort na de eeuwwisseling een belangrijke bijdrage aan de art nouveau. Zijn exuberante stijl wordt gekarakteriseerd als een eigenzinnige fusie van eclecticisme en floralisme, met een uitgesproken materiaalpolychromie en pittoreske details. Tot zijn bekendste realisaties behoort de woninggroep "De Vijf Werelddeelen" uit 1901 op de hoek van Schildersstraat en Plaatsnijdersstraat, en "De Slag van Waterloo" uit 1905 in de Waterloostraat.

Lievin Van Opstal voltooide het woon- en handelsgebouw Van den Wyngaert op het hoogtepunt van zijn succesvolle loopbaan, die alleen al in de jaren 1870 meer dan honderd woningen opleverde in Antwerpen, gaande van burgerhuizen tot de meest prestigieuze herenwoningen voor het patriciaat, met een grote concentratie op de verkavelde voormalige krijgsgronden van de Leien en rond het Stadspark. Actief van midden jaren 1840 tot kort voor 1900, liep zijn praktijk vanaf 1880 samen met die van zijn zoon en opvolger Edouard Van Opstal.

De huidige pui naar ontwerp van de architect Joseph Goeyvaerts uit 1922, werd aangebracht bij de verbouwing van de kledingzaak “Sint-Andries” in opdracht van het familiebedrijf Guillaume Arts & Zonen, uitbater van het “Modepaleis”, uitgevoerd door de aannemer Victor Merckx-Verellen in 1923 (opschrift). Deze ingreep deelde de oorspronkelijk dubbel hoge winkelruimte horizontaal op door een entresolniveau, ontsloten via een bordestrap achteraan. De twee appartementen op de bovenverdiepingen werden samengevoegd tot één woning, onderverdeeld in een woon- en slaapniveau.

Architectuur

Het afgeschuinde hoekgebouw met een gevelbreedte van elf traveeën, omvat vier bouwlagen onder een leien mansardedak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel rust sinds 1923 op een pui uit rood graniet. Volkomen symmetrisch van opzet, van bij oorsprong opgebouwd uit een dubbel hoge winkelpui met entresol en een klassiek geordonneerde bovenbouw, legt de compositie de klemtoon op de afgeschuinde hoekpartij en de zijtraveeën. Oorspronkelijk volgden de volledig beglaasde winkelpui en entresol dezelfde traveeënindeling, opgebouwd uit gietijzeren pilasters en colonnetten, met in de hoekpartij een drieledig portaal van gekoppelde kolommen beschermd door een ijzer-en-glasluifel. De afgeronde winkelpui uit 1923, vandaag licht aangepast, wijkt door grotere vitrines af van de oorspronkelijke indeling. Zij bestaat uit pilasters met bronzen art-nouveaucartouches, een plint en entablement uit rood graniet, en wordt in de hoek bekroond door een houten fronton met verguld opschrift “St. Andries” uit koper. De winkelportalen die de afgeronde hoekvitrine symmetrisch flankeerden zijn verbouwd. In de volledig beglaasde entresol bleef de oorspronkelijke traveeën- en pilasterindeling bewaard, maar zijn de gietijzeren borstweringen verdwenen. De bovenbouw wordt over de volledige gevelbreedte gemarkeerd door een afgerond balkon met balustrade, dat in de hoekpartij en de zijtraveeën rust op zware, uitgelengde voluutconsoles met acanthusblad. Opgebouwd uit twee registers met entablement, beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema met rechthoekige vensters in geriemde omlijsting. De tweede verdieping onderscheidt zich door een alternerend ritme van rechthoekige balkons met balustrade en voluutconsoles en halfronde balkons met gietijzeren borstwering en een gebuikte console, gestrekte entablementen en gebogen frontons op consoles. Een klassiek hoofdgestel met gekorniste houten kroonlijst op klossen en tandlijst vormt de gevelbeëindiging. Het ontwerp van Frans Smet-Verhas voorzag een attiekverdieping met schijnvoegen, in de hoekpartij en zijtraveeën geopend door oculi en bekroond door gebroken frontons met siervazen, waarvan de middenas een medaillon droeg met het logo ABM van “Au Bon Marché”. Het door Lievin Van Opstal uitgevoerde gebouw wijkt af door een leien mansarde, geritmeerd door houten dakkapellen met pilasters die in de hoekpartij gekoppeld zijn tot een belvedère met tweelicht en balustrade. Deze worden bekroond door gebogen of driehoekige frontons, in de hoekpartij en zijtraveeën met siervaas, en zijn verbonden door een gietijzeren dakvorst. Het houten schrijnwerk van de vensters en de gietijzeren parapetten zijn bewaard.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1880#337, 1882#390 en 1922#13798.

Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Sint-Andries [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/5589 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.