Winkelhuis in neoclassicistische stijl gebouwd in opdracht van de heer J. De Belder-Leyder, naar een ontwerp door Joannes Franciscus De Belder uit 1887. Het project behoort tot de late realisaties van de aannemer, die actief lijkt te zijn geweest van begin jaren 1850 tot omstreeks 1890, en is representatief voor het conventionele stijlidioom dat hij beoefende. Vermoedelijk was hij verwant met de bouwheer.

Met een gevelbreedte van drie traveeën omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een mansardedak (leien). De bepleisterde en beschilderde lijstgevel, rust op een klassieke houten winkelpui met hardstenen plint. Deze bestaat uit een vitrine tussen het zijportaal en de privé-inkom, geritmeerd door pilasters oorspronkelijk met Ionisch kapiteel, en een entablement met diamantkoppen, gekoppelde voluutconsoles en tandlijst. Hierop rust het gekorniste, gevelbrede balkon van de eerste verdieping, met een geëlaboreerde smeedijzeren borstwering. Geleed door een waterlijst en kordonvormende lekdrempels, legt de compositie van de bovenbouw de klemtoon op het geblokte middenrisaliet. Dit laatste wordt op de eerste verdieping gemarkeerd door gecanneleerde Ionische pilasters, een zwaar driehoekig fronton waarin een rolwerkcartouche op gekoppelde voluutconsoles, aansluitend een rechthoekig balkon en op de tweede verdieping een gestrekt entablement op consoles. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige vensters in geriemde omlijsting met oren en guttae, op de eerste verdieping gemarkeerd door een meanderfries en entablement. Een klassiek hoofdgestel met gekorniste houten kroonlijst op klossen vormt de gevelbeëindiging; grote houten dakkapel in het risaliet, oorspronkelijk met vleugelstukken, driehoekig fronton en topstuk, geflankeerd door twee kleine.

Volgens de bouwplannen beslaat de winkel met achterplaats, keuken annex pomphuis en een werkplaats de begane grond, geflankeerd door de zijdelings ingeplante privé-inkom en traphal. De plattegronden van de bovenverdiepingen ontbreken in het bouwdossier.

Neoclassicistisch getint breedhuis uit het vierde kwart van de 19de eeuw, drie traveeën, drie bouwlagen en pseudo-mansardedak (leien) met drie dakkapellen in houten omlijsting. Bepleisterde, beschilderde lijstgevel, verticaal gemarkeerd door middenrisaliet met schijnvoegen en klein balkon van de derde bouwlaag, horizontaal door gevelbreed bel-etagebalkon met smeedijzeren leuning, lijsten, kordon vormende lekdrempels en gevelbekroning. Rechthoekige vensters in geriemde omlijsting met oren, op de bel-etage en in het risaliet beschermd door waterlijsten. Aangepaste houten winkelpui met Ionische deelpilasters.