Zuid-Natie ()

Historiek en context

Natiegebouw in art-nouveaustijl, gebouwd in opdracht van de Zuid-Natie vertegenwoordigd door Hendrik Frans Van den Berg, naar een ontwerp door de architect Frans Seroen uit 1905. De Zuid-Natie gespecialiseerd in de behandeling van zware goederen, werd omstreeks 1877 opgericht, en opereerde vanaf 1882 als samenwerkende maatschappij onder de firmanaam J. Baeck & Cie. Tijdens dezelfde bouwcampagne werd aan het oostelijk uiteinde van het L-vormige perceel, een tweede gebouw of gevelfront opgetrokken (voorheen Hessenplein 4). Hiertegen leunden de bestaande natiegebouwen aan, opklimmend tot het derde kwart van de 19de eeuw. Tot het bouwprogramma behoorde een café uitgebaat door de Zuid-Natie zelf, vanaf de late 19de eeuw een gebruikelijk gegeven voor meerdere havennaties. Het gebouw aan de Oudeleeuwenrui onderging een renovatie tot kantoren naar een ontwerp door de architect Frédéric Staquet uit 1993. In dezelfde periode werden de gebouwen aan het Hessenplein gesloopt.

Frans Seroen vestigde zich in 1900 in Antwerpen, waar hij tot de Eerste Wereldoorlog als zelfstandig architect actief was, naast zijn werk als ambtenaar bij het Ministerie van Openbare Werken. In 1920 werkte hij kort voor de dienst 'Verwoeste Gewesten' en de bouwmaatschappij De Mandel in Roeselare, maar werd nog datzelfde jaar aangesteld als hoofdarchitect van de pas opgerichte Nationale Maatschappij voor Goedkope Woningen en Woonvertrekken in Brussel. Zijn belangrijkste werk uit de periode vóór de Eerste Wereldoorlog is de Veeartsenijschool van Kuregem (Veeartsenstraat 41-47, Anderlecht), een complex van negentien gebouwen in eclectische stijl opgetrokken in 1903-1909. In Antwerpen realiseerde Seroen in dezelfde periode enkele opmerkelijke ensembles aan de Zuiderdokken, waaronder de gebouwen van L’Essor Anversois en van het Voorzienigheidsfonds der Vereenigde Natiebazen.

Architectuur

Natiegebouw aan de Oudeleeuwenrui

Het natiegebouw aan de Oudeleeuwenrui, met een gevelbreedte van vier traveeën, omvat vier bouwlagen onder een plat dak. Opgetrokken met een structuur uit gewapend beton, heeft de lijstgevel een parement uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, geaccentueerd door witte Silezisch brikken voor speklagen. Van blauwe hardsteen en witte natuursteen is spaarzaam gebruik gemaakt voor de plint, puilijst, schamppalen, hoekblokken, lekdrempels, kraag- en dekstenen. Geleed door de puilijst en asymmetrisch van opzet, legt de compositie de klemtoon op de hoger opgetrokken twee linker traveeën met attiekbekroning. De open doorrij onder een ijzeren I-balk met rozetten in de linker travee, voorzien van schamppalen en een ijzeren poort, wordt bekroond door het naambord met opschrift “ZUID NATIE”. Rondbogige inkomportaal in de tweede travee en verbouwde cafépui, die volgens de bouwplannen uit drie terrasdeuren onder een I-balk op pilasters bestond. De bovenbouw beantwoordt aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige vensters met I-balk en lekdrempel. Deze zijn in de brede linker travee uitgewerkt als tweelichten, en in de twee rechter traveeën gevat in oplopende vensternissen. Een tuitvormige en golvende attiek gemarkeerd door polygonale postamenten op kraagstenen bekroont de twee linker traveeën, een houten kroonlijst beëindigt de overige.

Volgens de bouwplannen werd de begane grond ingenomen door het café annex keuken en ‘koer’, waarachter een raadzaal en kantoor, het geheel geflankeerd door de doorrij naar de binnenplaats. Van de bovenverdiepingen, vermoedelijk grotendeels ingenomen door opslagruimte, ontbreken de plattegronden in het bouwdossier. De binnenconstructie uit gewapende beton bestaat uit vlakke betonvloeren met gebogen overgang naar en met ezelsoren afgeschuinde betonnen moerbalk, rustend op met ezelsoren afgeschuinde betonnen kolommen. Merkwaardige ijzeren brandtrap aan de achtergevel.

Natiegebouw aan het Hessenplein

Het verdwenen natiegebouw aan het Hessenplein had een gevelfront van vijf traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak, met dezelfde karakteristieken als de gevel aan de Oudeleeuwenrui. Het linker gedeelte met dubbelhuisopstand werd gemarkeerd door twee dakvensters met puntgevel en pinakels, het rechter gedeelte door de inrijpoort met attiek en een trappenhuis.

Aan de oostzijde van de binnenplaats bevond zich een stapelhuis uit het derde kwart van de 19de eeuw, drie bouwlagen hoog en acht traveeën breed onder een zadeldak (mechanische pannen), met de eerste en tweede travee verhoogd tot vier bouwlagen, onder schilddak. Verankerde gecementeerde gevel met schijnvoegen, rechthoekige openingen met hardstenen dorpels en laaddeuren. De dakvensters onder een I-balk met rozetten in de derde en zevende travee, voorzien van een uitstekende metalen hijsbalk, werden vermoedelijk in 1905 aangebracht. Hetzelfde geld voor de begane grond verbouwd door middel van brede rechthoekige poorten onder I-balken. Het interieur bestond uit een houten moer- en kinderbalken-constructie. Deze rustte op een haakse dubbele-I-balk-ligger en gietijzeren kolommen op eerste bouwlaag, en werd ondersteund door standvinken (zonder slof) op de tweede, en eenvoudige houten kolommen op de derde bouwlaag. Houten spant, doch metalen Polonceau-spant met I-ijzers als steunstukken in het verhoogde gedeelte. Op de zolder bevond zich een oude windas gemerkt: "Exe - Ste Gle de Matériel d'Entrepreneurs - Nr A133 - Type WP 1 - Usine et Fonderie à Herenthals", met latere electromotor.

De onderdoorgang in de vierde en vijfde travee, gaf uit in een gekasseide privé-doorgang naar het Hessenplein, met aan zuidzijde stapelruimten van drie bouwlagen onder een zadeldak (mechanische pannen). Gecementeerde gevel met schijnvoegen; rechthoekige openingen met hardstenen dorpels en I-balk als latei. Oorspronkelijk houtconstructie en bakstenen troggewelven tussen ijzeren I-balken, doch verbouwd door middel van vlakke betonvloeren welke met een gebogen overgang rustten op de benedenflenzen van I-balken; laatstgenoemde op gietijzeren kolommen met door houten verankerde vlakke kopplaat.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1905#1364 (Oudeleeuwenrui), 1905#2039 (Hessenplein) en 86#940050.
  • FIERENS J. 1977: Antwerpse stapelhuizen: een balans van 1850 tot 1910, Antwerpen, onuitgegeven verhandeling Nationaal Hoger Instituut voor Bouwkunst en Stedenouw, 731.
  • HIMLER A. 1976: Inventarisering industrieelarcheologische relicten... gedeelte havenarcheologie onuitgegeven werkdocument, Antwerpen, 5.

Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine; Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Zuid-Natie [online], https://id.erfgoed.net/teksten/280705 (geraadpleegd op ).


Magazijnen van de Zuidnatie ()

Magazijnen van de Zuidnatie, oude hoef- en wagensmidse. Art-nouveau-geïnspireerde bakstenen lijstgevel van vier traveeën en vier bouwlagen uit eerste kwart van de 19de eeuw. Begane grond met centrale rondboogdeur en drie brede poorten onder I-balken. Rechthoekige bovenvensters eveneens met I-balken met rozetten. Twee linker traveeën als risaliet opgebouwd en boven de kroonlijst verhoogd.

Een gewapende betonnen binnenconstructie: vlakke betonvloeren met gebogen overgang naar met ezelsoren afgeschuinde betonnen moerbalk, rustend op met ezelsoren afgeschuinde betonnen kolommen. Aan achtergevel ijzeren brandtrap.

De oudste delen (derde kwart van de 19de eeuw) bevinden zich ten oosten van een binnenkoer achter eerstgenoemde: stapelhuis van drie bouwlagen, acht traveeën onder zadeldak (mechanische pannen), met eerste en tweede travee verhoogd tot vier bouwlagen, onder schilddak. Verankerde gecementeerde gevel met schijnvoegen; rechthoekige openingen met hardstenen dorpels en laaddeuren; circa 1910-20 in derde en zevende travee dakvensters (onder I-balk met rozetten als latei) aangebracht, met uitstekende metalen hijsbalk. Begane grond verbouwd door middel van brede rechthoekige poorten onder I-balken.

Interieur. Houten moer- en kinderbalken-constructie; rustend op haakse dubbele-I-balk-ligger op gietijzeren kolommen in eerste bouwlaag; ondersteund door standvinken (zonder slof) in tweede, en eenvoudige houten kolommen in derde bouwlaag; houten spant, doch metalen Polonceau-spant met I-ijzers als steunstukken in het verhoogde gedeelte. Op zolder oude windas gemerkt: "Exe - Ste Gle de Matériel d'Entrepreneurs - Nr A133 - Type WP 1 - Usine et Fonderie à Herenthals", nu op electromotor.

Onderdoorgang in de vierde en vijfde travee, uitgevend in een gekasseide privé-doorgang naar het Hessenplein, met aan zuidzijde stapelruimten van drie bouwlagen onder zadeldak (mechanische pannen); gecementeerde gevel met schijnvoegen; rechthoekige openingen met hardstenen dorpels en I-balk als latei. Oorspronkelijk houtconstructie en bakstenen troggewelven tussen ijzeren I-balken, doch verbouwd door middel van vlakke betonvloeren welke met een gebogen overgang rusten op de benedenflenzen van I-balken; laatstgenoemde op gietijzeren kolommen met door houten verankerde vlakke kopplaat.

  • FIERENS J., Antwerpse stapelhuizen: een balans van 1850 tot 1910 Antwerpen, onuitgegeven Bindwerk NHIBS, 1977, p. 731.
  • HIMLER A., Inventarisering industrieelarcheologische relicten... gedeelte havenarcheologie gestencileerd werkdocument, Antwerpen, 22 mei 1976, p. 5.

Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Zuid-Natie [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5665 (geraadpleegd op ).