Traditioneel breedhuis van drie/twee traveeën en drie bouwlagen onder een zadeldak, dat minstens opklimt tot de 17de eeuw. Het oorspronkelijk twee bouwlagen hoge pand werd in de rechter travee bekroond door een dakvenster. De timmerman G.J. Tits paste in 1836 in opdracht van de kleermaker Joseph Verhaegen de rondboogdeur in de linker travee aan tot een rechthoekige deur. Jan Verhaegen liet in 1883 door de aannemer Corneille Jean De Weerdt de kruiskozijnen van de tweede bouwlaag aanpassen en de derde bouwlaag toevoegen, waarbij het dakvenster verdween. Gesloopt voor een nieuwbouwwoning omstreeks 1986.

Ontpleisterde lijstgevel met duidelijke sporen van bak- en zandsteenbouw, onder meer speklagen en negblokken. Aangepaste rechthoekige deur en vensters op de eerste twee bouwlagen.