Neoclassicistisch burgerhuis uit de eerste helft van de 19de eeuw, dat in 1874 door de aannemer Jean Joseph Buisseret met een tweede verdieping werd verhoogd. Opdrachtgever van deze verbouwing was jonkheer Gustave Adolphe Mols (Leuven, 1813-Antwerpen, 1890), advocaat van beroep, in 1844 gehuwd met Jeanne van Linden (Antwerpen, 1824-Antwerpen, 1890). Hij liet later dat jaar ook het aanpalende pand verhogen.
Met een gevelbreedte van vijf traveeën, omvat de voorname rijwoning met dubbelhuisopstand drie bouwlagen onder een zadeldak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel met plint, beantwoordt aan een regelmatige, axiale compositie. Registers van rechthoekige vensters in verkleinende ordonnantie, met individuele lekdrempel en onderdorpel, en op de bovenverdiepingen smeedijzeren parapet. De middenas wordt gemarkeerd door de rechthoekige koetspoort, gevat in een vlakke omlijsting uit blauwe hardsteen met neuten, imposten en een gestrekte waterlijst op voluutconsoles, deze laatste eindigend op pijnappels. Een klassiek hoofdgestel met houten kroonlijst op klossen en tandlijst vormt de gevelbeëindiging. Smeedijzeren vleugeldeur uit het interbellum en gietijzeren voetschraper; vernieuwd vensterschrijnwerk.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1874#109.