Historiek

Herenhuis, in oorsprong een samenstel van de panden “Roosencrans” en “Hoet” die opklimmen tot de 16de eeuw, en tijdens de eerste helft van de 18de eeuw werden omgevormd tot een dubbelhuis met Lodewijk XIV-poort. In 1850 verhoogde de architect Frans J.H. Bex het hotel met de mezzanine, in 1851 gevolgd door het uitbreiden met de drie linker traveeën en het toevoegen van de vensteromlijsting in Louis-Philippestijl boven de koetspoort. Van deze laatste ingreep vallen ontwerper noch aannemer uit het bouwdossier af te leiden. Opdrachtgever was de koopman Charles Pecher (Mons, 1797-Antwerpen, 1873), die aan de wieg stond van de liberale partij in Antwerpen. Hij was in 1824 te Mons was gehuwd met Julie Henriette Gailliez (Mons, 1796-Antwerpen 1859), die vijf zonen ter wereld bracht, geboren tussen 1825 en 1838. Op het aanpalende perceel in de Koningstraat liet Pecher in 1850 door de architect Heliodore Leclef een pakhuis optrekken.

Architectuur

Complex herenhuis met drie vleugels rond een later overdekte binnenplaats. Het hoofdvolume aan de straat, met een gevelbreedte van oorspronkelijk zeven en sinds 1851 tien traveeën, omvat twee bouwlagen en een mezzanine onder een leien schilddak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel rust op een plint uit blauwe hardsteen. Verkleinende registers van rechthoekige vensters mat kwarthol geprofileerde dagkanten, op de bovenverdieping met geprofileerde lekdrempel en gietijzeren parapet; de oorspronkelijk deur in de eerste travee is recent gedicht. De oorspronkelijke middenas wordt aangegeven door de schouderboogpoort (zevende travee), gevat in een hardstenen omlijsting met kwarthol geprofileerd beloop, neuten, imposten en een voluutsleutel, onder een gekorniste gebogen waterlijst op gestrekte uiteinden. Het aansluitende venster heeft een geriemde hardstenen omlijsting met voluutneuten en een bewerkte sluitsteen. De mezzanine met liggende, rechthoekige vensters, is gevat tussen een gelede architraaf en de houten kroonlijst op klossen.