Teksten van Geheel van traditionele diephuizen

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/5778

Geheel van traditionele diephuizen ()

Historiek

Zeven oorspronkelijk waarschijnlijk identieke diephuizen, het restant van een geheel van elf panden dat in het derde kwart van de 16de eeuw werd opgetrokken door Christoffel Pruynen, koopman, financier, stadsrentmeester en kapelmeester van de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal, op gronden die hij in 1563 verworven had. Deze ging in augustus 1570 bankroet, werd in verzekerde bewaring gesteld, maar wist naar Duitsland te ontsnappen. De overige huizen van het geheel (nummers 9, 11, 15 en 21), zijn ingrijpend verbouwd of gesloopt en heropgebouwd. Vijf panden (nummers 3, 5, 7, 17 en 19) behielden hun geveltop, één pand (nummer 1) werd omstreeks 1930 verhoogd met een extra bouwlaag, van één pand (nummer 13) werd de geveltop in de eerste helft van de 19de eeuw gesloopt.

Architectuur

De gekoppelde diephuizen van drie traveeën, omvatten twee bouwlagen en een insteekverdieping, onder een zadeldak (nok loodrecht op de straat, overwegend pannen). Oorspronkelijk krulgevels op voluten in baksteenbouw, met zandstenen speklagen, wigvormige ontlastingsstenen, druiplijsten en kwarthol geprofileerde vensterposten en negblokken, verankerd door smeedijzeren muurankers waaronder met gekrulde spie. Vermoedelijk bestond de pui oorspronkelijk uit een rondboogarcade uit blauwe hardsteen met geprofileerde archivolten, waterlijsten, diamantkopsleutels en doorgetrokken imposten, waarvan in nummer 17 nog een inkomdeur bewaard is. Verder registers van vroegere bol- en kruiskozijnen waarvan de monelen zijn verdwenen, of aangepaste muuropeningen met hardstenen lekdrempel. De tweeledige geveltoppen worden in de nummers 1, 3, 5, 7, en 17 gemarkeerd door een klassiek entablement met gelde architraaf, fries en kroonlijst. De ordonnantie bestaat uit een rechthoekig drielicht met druiplijsten, het middenvenster onder een latei op kraagstenen, waarboven een rechthoekig luik met druiplijst en een balkgat. Over de oorspronkelijke afwerking van de geveltoppen is niets bekend.

Nummer 1. Gedeeltelijk behouden, gedecapeerde opstand in verankerde bak- en zandsteenbouw. De pui is volledig verbouwd en de geveltop werd omstreeks 1930 vervangen door een extra verdieping onder een plat dak.

Nummer 3. Gecementeerde topgevel met verbouwde pui en aangepaste ordonnantie. Geveltop met behouden drielicht, luik en voluten, de bekroning gereduceerd tot een tuitgevel.

Nummer 5. Gecementeerde topgevel met aangepaste, rechthoekige deur- en vensteropeningen; gietijzeren parapetten. Geveltop met behouden drielicht, luik en voluten, de bekroning gereduceerd tot een puntgevel

Nummer 7. Verankerde, gecementeerde topgevel, waarvan de heer P.F. Moons in 1842 de bovenvensters liet aanpassen door de timmerman M. Claes. Zijn weduwe verbouwde de rondboogarcade van de pui in 1878 tot rechthoekige deur- en vensteropeningen. Guillaume Peeters liet in 1885 de huidige twee winkelramen aanbrengen. Tot een puntgevel gereduceerde geveltop met behouden drielicht en luik.

Nummer 13. Verankerde, bepleisterde en beschilderde lijstgevel met aangepaste ordonnantie. Geveltop vervangen door een klassiek hoofdgestel, een afgesnuite bedaking en een houten dakkapel.

Nummer 17. Gedecapeerde topgevel in verankerde bak- en zandsteenbouw. Twee mogelijk laat-18de-eeuwse winkelramen in hardstenen omlijsting flankeren de enige bewaarde rondboogdeur uit de bouwperiode, met geprofileerde een archivolt, waterlijst, sluitsteen en imposten. De aangepaste bovenvensters hebben een hardstenen latei en doorgetrokken lekdrempels? Geveltop met behouden voluten, drielicht, luik en balkgat, de bekroning gereduceerd tot een puntgevel.

Nummer 19. Gedecapeerde trapgevel in verankerde bak- en zandsteenbouw. Recent verbouwde pui, en omstreeks 1800 toegevoegde kordonvormende lekdrempels en architraaf uit blauwe hardsteen. Tot trapgevel (zeven treden en topstuk) omgevormde geveltop met verlies van de voluten, maar behoud van het drielicht, luik en balkgat.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1842#402, 1878#38 en 1885#184 (nummer 7).
  • SOLY H. 1974: De aluinhandel in de Nederlanden in de 16de eeuw, Revue belge de Philologie et d'Histoire 52.4, 822-835.

Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Geheel van traditionele diephuizen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/281312 (geraadpleegd op ).


Zes huizen ()

Zes oorspronkelijk waarschijnlijk identieke diephuizen, opgetrokken door Arnold Pruynen in het derde kwart van de 16de eeuw op diens gronden. Waarschijnlijk alle verankerde, onder meer gekrulde spieën, krulgevels in traditionele bak- en zandsteenstijl van drie traveeën en twee bouwlagen (plus insteek) onder zadeldak. 16de-eeuwse bewaarde elementen in de verschillende huizen verwijzen naar de oorspronkelijke ordonnantie: benedenverdieping waarschijnlijk met insteek, zichtbaar in de nummers 1, 5, 7, 15; in nummer 17 bovendien bewaard 17de-eeuws hardstenen rondboogpoortje; op de tweede bouwlaag duidelijke sporen van voormalige kruiskozijnen met kwarthol geprofileerde negblokken en wigvormige ontlastingsstenen; tweeledige verankerde top met eenvoudig drielicht, afgedekt door geprofileerde bovendorpels; hierboven een rechthoekig luikgat.

Uitgezonderd nummers 1 en 19 zijn alle gevels heden bepleisterd en beschilderd of gecementeerd met aangepaste muuropeningen, zoals in nummer 7, waarvan de vensters in 1842 werden vernieuwd. Nummer 3 in 1842 verbouwd tot lijstgevel. Nummer 19 mogelijk in de loop van de 17de eeuw verbouwd tot trapgevel.

  • Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers D2, 1842, Modern Archief 20.087, dossier402.
  • Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers D2, 1842, Modern Archief 20.087, dossier 54

Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Geheel van traditionele diephuizen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5778 (geraadpleegd op ).


Diephuis ()

Diephuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder afgesnuit zadeldak. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel met eenvoudige muuropeningen. Oudere, mogelijk 16de-eeuwse kern verraden door de ordonnantie, de bewaarde muurankers en de dakvorm (verbouwing punt- of trapgevel?).


Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Geheel van traditionele diephuizen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/281311 (geraadpleegd op ).