Hoeve met losse bestanddelen al aangegeven op de Ferrariskaart (1771-1778). Achterin gelegen woning en haaks op het voorerf gelegen landgebouw als dusdanig al overeenstemmend met weergave op primitief kadasterplan (1835); een tweede landgebouw vooraan op het erf parallel aan de straat volgens kadasterarchief gesloopt in 1876.

Erf aan de straat afgesloten door een breed ijzeren hek aan ijzeren hekstijlen. Achterin gelegen boerenhuis met naar de straat en het zuiden gerichte voorgevel, opklimmend tot de 18de eeuw.

Boerenhuis van vier traveeën in verankerde baksteenbouw onder mank zadeldak met centrale schoorsteen, voorste dakschild met mechanische pannen, achterste dakschild met pannen. Zijpuntgevels met vlechtingen en bouwnaad getuigend van aanpassing met uitbreiding naar achter gepaard met optrekken van het achterste dakschild (voor 1835). Linker zijpuntgevel met behouden zandstenen deksteen en console van vroegere schouderstukken. Nog schaars zandsteengebruik zichtbaar in rechter zijpuntgevel voor latei, onderdorpel en hoekstenen van centraal zolderluik. Licht groengeschilderde gecementeerde voorgevel met schijnvoegen op grijs geschilderde gepleisterde plint met imitatie breuksteenvoegen en bovenaan afgelijnd door geprofileerde daklijst met hanggoot. Twee symmetrisch geplaatste rechthoekige vensters met luiken en houten kruisramen. Deuropening uiterst links naast gevelhoek met houten tussendorpel en blind bovenlicht. Gebogen paneeldeur aan hengsels en met grendels. Tweede deuropening met houten latei in de rechter zijpuntgevel uitgevend op het aanpalend wagenkot onder laag hellend lessenaarsdak. In dezelfde gevel een lage buitenkelderdeur aan hengsels van aardappelkelder (op noordoosthoek). Getralied opkamervenster boven keldergat van gewelfde melkkelder (naast aardappelkelder). Ondiepe achterkeuken onder licht opgetrokken verlengd deel van het achterste dakschild met sporen van gedichte gebogen achterdeur en een zijdeur.

Interieur. Drie kelders en twee opkamers binnen het hoofdvolume, en een ondiepe achterkeuken. Gang in de as van de voordeur eindigend op steile trapladder voorafgegaan door drie gemetste treden van alternerend rode en gesinterde bakstenen. Woonkamer en slaapkamer met dubbele Vlaamse haard, afgewerkt met geprofileerde haardlijst, in de woonkamer voorheen opzij uitgerust met gemetst fornuis (linker bewaard); haardmond in slaapkamer opgevuld door twee ingebouwde kasten aan weerszij van een kleine schouw met eenvoudige houten bekleding. Samengestelde balkenlaag met strijkbalken, moerbalken met geprofileerde hoeken en een versierd moerbalkuiteinde, rustend op geprofileerde stenen consoles. Eén opkamer op noordwesthoek boven kelder met houten zoldering, met gedicht vroeger opkamervenster en houten opkamertrap. Tweede opkamer op noordwesthoek (boven eerder gemelde melkkelder), toegankelijk via treden op schuin houten kelderluik en met grijze vierkante vloertegels; keldertrap met natuurstenen treden, keldervloer van rode vierkante tegels. Achterkeuken met armwaterpomp aan gootsteen en een smalle haard. Zoldergebinte met twee kromhouten spanten. Ten oosten gelegen dwarsschuur met stallen, haaks ingeplant op het voorerf. Verankerde baksteenbouw van vier traveeën onder pannen zadeldak. Erfgevel met verhoogde schuurpoort onder sleepdak; staldeuren met houten latei onder dakoverstek op houten schoren.

Klein betonnen hondenhok op centraal grasperk van het voorerf. Behouden binnenindeling en balkenlaag met van noord naar zuid: voederstal, koeienstal, toilet en varkensstal, schuur en paardenstal.

Klein rechthoekig houten hok naar verluidt een "voiturekot", onder mank pannen zadeldak.

Ten noorden op het achtererf gelegen open loods voor hooi met betonnen skelet onder mank zadeldak (golfplaten), uit midden 20ste eeuw.

Gesloopt tijdens onderzoek.