Hoeve met voormalig molenaarshuis, puin van de voormalige maalderij Dauwe en rest van een rosmolen. De bijhorende korenwindmolen op een nabij gelegen achterin liggend perceel staande, verdween omstreeks 1930.
Volgens het kadasterarchief was het molenaarshof met rosmolen evenals de windmolen in 1835 bezit van molenaar Livinus De Smet die in 1867 het oude huis liet vervangen door een nieuwe woning en in 1876 een maalderijgebouw liet optrekken achter de bestaande schuur (links opzij). In 1884 bezit geworden van nijveraar I. Dauwe uit Kalken die de rosmolen omvormde tot landgebouw en in 1898 geregistreerde plaatsing van stoommachine.
Hoeve met losstaande bestanddelen aan ruim voorerf afgesloten door een haag. Imposante plataan ingeplant rechts aan de straat.
Ten noorden, achterin liggend boerenhuis, voormalig molenaarshuis, van zes traveeën en één bouwlaag onder pannen zadeldak, opgericht in 1867. Breed dubbelhuis in baksteenbouw op geschilderde gepleisterde plint. Zuidelijk gerichte voorgevel begrensd door geblokte, gepleisterde hoeklisenen. Aflijnende gepleisterde daklijst met houten kroonlijst boven geprofileerd architraaflijstje. Getoogde vensters in gepleisterde omlijsting op hardstenen dorpel; bewaarde luikduimen en nieuw T-vormig schrijnwerk. Getoogde deur in geprofileerde hardstenen omlijsting op neuten en voorzien van oren. Fraaie houten paneeldeur met bovenlicht. Overeenkomstige eenvoudig afgewerkte achtergevel met gelijkaardige vensters en vlak omlijste deur onder luifel van glas en ijzer op decoratieve schoren.
Interieur. Centrale gang met zwart en witmarmeren vloer met centraal motief en tochtdeur met geëtst glas.
Ten westen, haaks op de straat ingeplante dwarsschuur, door middel van cijferankers 1851 gedateerd op de linker zijpuntgevel. Verankerde bakstenen constructie onder pannen zadeldak. Erfgevel met centrale gevelhoge poort, lagere poort en staldeuren rechts en links ervan. Linker zijpuntgevel met rondboogvormig zolderluik.
Puin van achthoekige rosmolen, gelegen op het voorerf, al opgetekend in het primitief kadaster van 1834. Enkel het opgaand bakstenen metselwerk met muurplaat is behouden.
Achter de dwarsschuur, puin van een maalderijgebouw, volgens gegevens van het kadasterarchief opgericht door L. De Smet in 1876. In 1898 werd door de familie Dauwe een stoommachine geplaatst en in het achterste deel van het bedrijfsgebouw een mechanische maalderij ingericht.
- DUQUET F., "Zo was Kalken", Schellebele, 1982, p. 303.
- Inventaris van de wind- en watermolens in de provincie Oostvlaanderen, eerste aflevering, de arrondissementen Aalst en Dendermonde, in Kultureel Jaarboek voor de provincie Oostvlaanderen, 1960, derde band, Gent, 1962, p. 136.
- TIBBAUT J. – VAN DE SOMPEL A., Enige gegevens over nijverheidsgebouwen en hun bezitters te Kalken in 1860, in Castellum, XI, 3-4, 1994, p. 8-9.