Traditioneel diephuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak (nok loodrecht op de straat, pannen), uit de tweede helft van de 16de of de eerste helft van de 17de eeuw. In 1851 liet juffrouw Christiaensens gevelaanpassingen aanpassen. De rondboogdeur met zijlicht werd vervangen door een rechthoekige deur, de twee kruiskozijnen van de eerste verdieping door drie rechthoekige vensters. Het houten winkelraam werd in 1881 in opdracht van de herbergier Jean Jos Balieu aangebracht door de aannemer Charles Coveliers. Het pand onderging een restauratie naar een ontwerp uit 1980.
Gedecapeerde trapgevel van negen treden met een overhoeks topstuk, in bak- en zandsteenbouw met speklagen en smeedijzeren muurankers. Bij de aanpassing van de gevelordonnantie in 1851 werd het metselwerk van de eerste twee bouwlagen volledig vernieuwd, met behoud van de negblokken van het rechter benedenvenster. Rechthoekige inkomdeur in een neoclassicistische, vlakke hardstenen omlijsting met neuten en imposten; aangepaste rechthoekige bovenvensters met lekdrempel. Enkel de geveltop is vrij intact, geopend door een rechthoekig drielicht met druiplijsten, zandstenen posten, en een breder en lager geplaatst middenluik; resten van een omlopende waterlijst hogerop. Winkelraam in klassieke houten omlijsting met bewerkte pilasters en een klassiek hoofdgestel op voluutconsoles, en een hardstenen plint.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1851#174, 1881#26 en 18#61480.