Interessant diephuis met laatgotische inslag vermengd met renaissanceversieringen, uit het eerste of het tweede kwart van de 16de eeuw. Van 1531 tot 1597 bewoond door de kunstenaarsfamilie Snellinck.
Maakte eertijds deel uit van vier huizen, de zogenaamde "Vier Evangelisten". De benaming Hemelrijck dateert uit de 19de eeuw. In de 19de eeuw bepleisterd en beschilderd hoekhuis met eenvoudige rechthoekige benedenvensters; alleen de kruiskozijnen van de bovenverdieping (zijde Onze-Lieve-Vrouwestraat) en het centraal luikgat waren bekroond door frontons met reliëfs.
In 1902 restauratie onder leiding van architect Ph. Van Boxmeer; reconstructie van de reliëfs boven de muuropeningen op de begane grond waarvan sporen teruggevonden werden bij ontpleistering. Volgens een geschreven bron van 1777 was de gevel onder meer versierd met een reliëf "Adam en Eva in het Aards Paradijs", opnieuw aangebracht boven de deur.
Hoekhuis van bak- en zandsteen van respectievelijk drie en tien traveeën en twee bouwlagen met verhoogde begane grond onder zadeldak (pannen); hoge sokkel van zandsteen en zandstenen parement waarin keldergaten op de begane grond van voorgevel. Tweeledige trap- en krulgevel: afwisseling van treden, vooruitstrevende kwartcirkelvorm en halfcirkelvormige bekroning, afgelijnd en door overhoekse pinakels op consoles naar laatgotische traditie.
Drielichten op begane grond (resultaat van restauratie van 1902); oorspronkelijke kruiskozijnen op de bovenverdieping; lager geplaatst rechthoekig luikgat tussen twee bolkozijnen en bekronend bolkozijn in de tweeledige top; rechthoekige deur onder latei op consoles en gedeeld bovenlicht.
Alternerende bekroning der muuropeningen door middel van driehoekige en halfrondboogvormige frontons met renaissanceversieringen in reliëf, onder meer vazen, arabesken, grotesken, maskerkoppen, banderollen, wapenschilden; centraal bovenvenster bekroond door wapenschild van Mechelen tussen twee sirenen. Vernieuwde hoeknis met Onze-Lieve-Vrouwebeeld.
Zijgevel met oorspronkelijke kruiskozijnen op de bovenverdieping; op begane grond deels oorspronkelijk en gerestaureerd; gewijzigde deur in vijfde travee; toegevoegde deur (1902) in de negende travee. Twee renaissance dakvensters geflankeerd door driekwartzuiltjes onder verhoogde frontons, respectievelijk driehoekig en gebogen.
