"Putkapel". De kapel, gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw, zou naar verluidt ontstaan zijn in de 12de eeuw. Volgens de legende werd ze opgericht door een Frans soldaat, die de kapel oprichtte uit dank voor een succesvolle vlucht naar Vlaanderen. In 1791 werd de éénbeukige, bouwvallige kapel van circa 1532, heropgebouwd naar ontwerp van Jan Baptist Casaer. De kapel werd gerestaureerd tussen 1989 en 1991.
Bedehuisje van één rechte travee, op rechthoekige plattegrond onder licht uitzwenkend pannen zadeldak met houten dakruiter. Witgekalkte baksteenbouw op grijsgeschilderde plint. De puntgevel, tot 1905 bekroond met driehoekig fronton (zie S. Vermote, 1813), wordt gemarkeerd door een korfboognis met rond venstertje. Vooruitspringend portaal onder driehoekig fronton. Achtergevel met vlechtingen. De zijgevels worden geritmeerd door vlakke pilasters en half rad vensters met waaiervormige roedeverdeling. Bepleisterd en beschilderd interieur. Tongewelf. Cementtegelvloer met bloemmotief. Houten beeld in rondboognis.
Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg West-Vlaanderen, Cel Monumenten en Landschappen, archief nr. W/00404.
DEBRABANDERE P., De kapel O.-L.-Vrouw-ten-Putte, in De Leiegouw, nr. 13, 1971, p. 249-258.
Bron: DE GUNSCH A., DE LEEUW S. & METDEPENNINGHEN C. met medewerking van CALLENS T., SCHEIR O & VAN DEN MOOTER M. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Kortrijk, Deel IA: stad Kortrijk, Straten A-K, Deel IB: stad Kortrijk, Straten L-Z, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL5, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Callens, Toon; Scheir, Olivier; Van den Mooter, Maarten; De Gunsch, Ann; Metdepenninghen, Catheline; De Leeuw, Sofie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)