Heden hotel Meysseyne, met 14de-eeuwse kern, zie formaat baksteen rechter zijgevel.

Historiek

In 1622 verbouwd, zoals blijkt uit de moerbalken, vermoedelijk tot gildehuis van de schermergilde van Sint-Adriaen. In 1846 kocht A. Benoit -koopman en fabrikant van linnen en kant- de blekerij "Mauws"; in 1849 verbouwde hij het woonhuis. De doorgang links van het woonhuis, "Benoits poortje", is naar hem vernoemd. Vervolgens woonhuis en blekerij, "La Thoroutoise", eigendom van de familie Nolf, onder meer van burgemeester H. Nolf (1818-1884). In 1927 fabriek "Apprets Textiles". Tijdens Tweede Wereldoorlog woonhuis opgeëist door Werbestelle. In 1946 verkocht aan J. Messeyne, te zien op de inmiddels verwijderde deurplaten. Vanaf 1979 ververij Desmet-De Jaeghere. Reeds in 1849 melding van blekerij met bijhorend washuis. Volgens primitief kadasterplan bestaat blekerij dan uit drie vijvers parallel met de straat en één loodrecht op de straat. In 1854 washuis uitgebreid tot dampwashuis en oprichten van drogerij; laatst genoemde in 1854 vervangen door stoomtuigweverij. In 19de en 20ste eeuw verdere uitbreiding van fabriekspanden die rond 1998 gesloopt zijn in kader van de bouw van woonproject Leieboorden naar ontwerp van B. Van Reeth.

Beschrijving

Woonhuis met 14de-eeuwse kern. In 1622 verbouwd. Getekend op Sanderus (1641). Volgens P. Debrabandere in 18de eeuw twee woonhuizen, zie de twee haakse vleugels aan achterzijde en in de 19de eeuw terug samengevoegd; alleszins 18de-eeuwse herstoffering, zoals onder meer blijkt uit de schouwboezem salon. In 1849 neoclassicistische "restauratie" van de gevel, volgens bouwplan. In 1854 vergroten van linkervleugel van woonhuis, in 1906 uitbreiding van woonhuis met veranda waarboven balkon. In 1946 verbouwen van linkervleugel tot huis en garage. Renovatie van woonhuis in 1999-2000 naar ontwerp van D. Degezelle, met als herbestemming hotel.

Onderkelderd dubbelhuis van zeven traveeën en twee bouwlagen, onder zadeldak, sinds 2000 met dakkapellen. Gebruik van arduin voor plint, puilijst en deuromlijsting met bekronend balkon. Witbepleisterde lijstgevel met imitatiebanden op de benedenverdieping en eenvoudig entablement onder de geprofileerde houten kroonlijst. Geaccentueerde deurtravee: deuromlijsting bestaande uit geprofileerde pilasters met schamppalen; fraai uitgewerkte vleugeldeur met paneelwerk, bloemmotieven en geschubde makelaar; bekronend balkon, rustend op voluutconsoles en voorzien van balustrade, geajoureerd door ellipsen; aansluitend deurvenster in een geprofileerde, bepleisterde omlijsting onder kroonlijst. Rechthoekige vensteropeningen, in geriemde omlijsting op de verdiepingen onder meer met oren op de derde bouwlaag; doorlopende lekdrempels op de tweede bouwlaag. Behouden houtwerk; rolluikkasten. Sobere witbeschilderde achtergevel.

Interieur. Dubbelhuisplattegrond met traphal met mozaïeken vloer en stucwerk; slingertrap. Rechts kamer in neo-Vlaamse-renaissance, met sokkellambrisering met geometrische motieven, schouw met staanders in de vorm van Corinthische pilasters, waarboven voluutconsoles, uitgewerkte houten schouwbalk, heden schouwboezem opengewerkt, waarbij 18de-eeuwse stucbepleistering zichtbaar is. Links salon in 19de-eeuwse, neoclassicistische stijl. Op bovenverdieping roostering steunend op consoles met menselijk gezicht; uitgewerkte kinderbalken; twee moerbalken met gepolychromeerd opschrift en wapenschild: "NEERYNGH GHEEFT COMUMTAS BY LEEFT P N Co (ANN)O 1622" en "NEERINGH GHEEFT DAER COMUNYTAS BY LEEFT SN ANNO 1622". Kamer rechts restanten van 18de-eeuws stucwerk.

Haakse, 18de-eeuwse oostelijke tuinvleugel van twee bouwlagen en zes traveeën onder pannen zadeldak. Verankerde witbeschilderde baksteenbouw boven een gepikte plint. Geprofileerde bepleisterde kroon- en puilijst; dito hoekliseen links. Korfbogige muuropeningen onder meer blinde in een vlakke omlijsting. Zijpuntgevel voorzien van muurvlechtingen. Vernieuwde muuropeningen.

Haakse, 18de-eeuwse westelijke lage tuinvleugel, vermoedelijk voormalige orangerie. Nutsgebouw met L-vormig grondplan van vijf ongelijke traveeën en een korte haakse vleugel van één poorttravee. Leien mansardedak; zwarte pannen voor de korte zijde. Gepikte vermoedelijk natuurstenen plint. Classicistische, fraai uitgewerkte, bepleisterde lijstgevel: eenvoudig entablement onder een geprofileerde kroonlijst; een door geblokte pilasters geaccentueerd middenrisaliet met ingeschreven rondboognis met sluit- en aanzetstenen, en bekronend driehoekig fronton; rechthoekige venster- en deuromlijstingen; spiegels op de penanten. Behouden 18de-eeuws houtwerk, zie schuiframen - onder meer een kozijnconstructie- met kleine roedeverdeling; geprofileerde wisseldorpels. Getraliede benedenvakken.

Huidige tuin omvat een vijver die vermoedelijk teruggaat op de onderste horizontale vijver die in 1854 verbonden werd met de haakse vijver van de blekerij. Romantische tuin met gietijzeren bruggetje, voorheen gedateerd 1850, zie jaartal dat zich oorspronkelijk (dat is voor de herstellingswerken), bevond op de vloer van het bruggetje. In 1882 bouw van inmiddels verdwenen serre en gloriëtte met aanbouw. Grillige paadjes, glooiende gazons, verschillende bomengroepen. In de zuidoosthoek, tegen de tuinmuur aanleunende gloriëtte. Achtzijdig, neogotisch prieeltje. Verhoogde begane grond; arduinen, gepikte sokkel en bordes. Dak verdwenen. Roodbeschilderde baksteenbouw; gebruik van witgeschilderd arduin voor eenvoudig entablement, hoekpilasters en geprofileerde spitsboogomlijstingen van de muuropeningen. Behouden houtwerk voor de neogotische roedeverdeling onder meer deels beglaasde deur. Witgepleisterd interieur; eenvoudig stucplafond. De tuin bezit een zeer gesloten plantendek met een boom-, struik- en kruidlaag. Een aantal botanische gegevens zijn: linde, beuk, kastanje, okkernoot, tamme kastanje, es, esdoorn, taxus, plataan, rododendron hortensia, boompioen, sering, berk, ribes, cornus, goudregen weigelia, hulst, klimrozen, varens, klimop, longkruid, hyacint, hemerocallis, puntwederik, Italiaanse aronskelk, speenkruid, pinksterbloem.