Imposant herenhuis met tuin en koetshuis aan het Deken Zegherplein. Op 10 maart 1884 werd een bouwvergunning verleent aan P. Reyntjens-Vanbeveren tot het bouwen van het huidige pand, ter vervanging van het "hotel de la Poste", naar ontwerp van A. Delacroix (Kortrijk). De gevelplaat herinnert aan het verblijf van Hendrik Conscience in dit huis.

Neoclassicistisch dubbelhuis van negen traveeën en twee bouwlagen onder mansardedak (leien en Vlaamse pannen). Bepleisterde lijstgevel op arduinen sokkel. Horizontale gevelgeleding door middel van de doorgetrokken onderdorpels, puilijst in het midden overgaande in een arduinen balkon met balusterleuning, op consoles, een uitgewerkt hoofdgestel met onder meer een gekorniste kroonlijst op klossen en modillons. Meer verticaal benadrukte middenpartij door de geblokte hoekbanden, lisenen en arduinen muurdammen op de begane grond. Rechthoekige muuropeningen in geriemde of geprofileerde omlijsting met sluitsteen voor de bovenvensters en met bijkomende versiering en kroonlijst voor de centrale bovenvensters. Behouden houtwerk, zie vleugeldeur, T-ramen, dakkapellen met driehoekig fronton en vleugelstukken. Sobere, beraapte achtergevel met haaks aanleunend, lage bijbouw met keuken en berging. Rijk en gaaf bewaard interieur. Voor elk vertrek werd geopteerd voor een andere stijl.

Traditionele dubbelhuisplattegrond waarrond de verschillende salons gegroepeerd zijn. Centrale traphal aangekleed in neo-Lodewijk XV en Lodewijk XVI-stijl. Witte marmeren vloeren; gemarbreerde muren met muurvlakken en gecanneleerde pilasters. Met stucwerk verrijkte plafonds. Sierlijke houten trap met trappaal in de vorm van rocaille en jardinière van smeedijzer. Tevens markante, vrijstaande gebogen radiator van de centrale verwarming. Salon rechts aan de straatzijde in neo-Lodewijk XVI-stijl. Wanden met beschilderde sokkellambrisering met paneelwerk waarboven muurvlakken bespannen met gedamasceerd fluweel. Beschilderde vleugeldeuren onder meer met cupido's die herhaald worden in het medaillon van de supra-porta, geflankeerd door guirlandes en voluten. Rijk versierd plafond met stucwerk (onder andere muziekinstrumenten en cameeën) en sjabloonschildering. Witte marmeren schouwmantel bekroond met vergulde spiegel onder meer versierd met bloemenkorf met strikmotief en guirlandes en duivennestjes. Salon links aan de straatzijde in neo-renaissancestijl. Wanden met houten sokkellambrisering met paneelwerk waarboven vergulde sierlijst; behangpapier met initialen RV van de opdrachtgevers afgeboord door friezen met rankmotieven. Vleugeldeuren onder zware kroonlijst. Plafond met beschilderde (rankwerk) caissons, afgewerkt met eier- en parellijstjes. Zwarte marmeren schouwmantel waarboven spiegel onder zware kroonlijst. In de schouw ingewerkte kachel.

Salon rechts aan de tuinzijde in neo-Vlaamse-renaissancestijl. Zware eikenhouten schouwmantel, rustend op zware marmeren zuilen; aansluitend muurkasten, lambrisering en vleugeldeur, alle versierd met typerende casementen, rolwerk, wortelmotieven, leeuwenkoppen,.... Boven de lambrisering gobelins met bucolische taferelen. Drielicht met glas-in-lood met centrale medaillons waarin "Vlaamse" figuren. Parketbevloering met inlegwerk. Salon links aan de tuinzijde in neo-Lodewijk XV-stijl (is mogelijk de oudere kern van de woning). Beschilderde sokkellambrisering waarboven Mechels leder met vogels, rocailles en rankwerk. Plafond met stucwerk. Gevlamde marmeren schouwmantel met rocaille-versiering waarboven spiegel bekroond door schilderij met drie pierrots met ezel, gevat in een rijk versierde stuclijst. Behouden ingewerkt kacheltje. Plankenvloer. Keuken met arduinen gootsteen en muurkast in dito omlijsting. Bovenverdieping: twee behouden marmeren schouwmantels met kachels; boezems met sobere stucwerkversiering. Antichambre met Mechels goudleder boven de lambrisering. Kelders met tongewelven.

Hoog ommuurde stadstuin op L-vormig perceel aangelegd in een voor de periode typische gemengde stijl met geometrische en landschappelijke elementen. Een sinuerend tuinpad maakt de hele tuin beloopbaar. Paden en perken zijn afgeboord met een bruin geglazuurde rechthoekige boordtegel. Her en der liggen in de tuin brokken nep-rots strategisch verspreid. Het bomen- en struikenbestand bestaat onder meer uit een Oosterse plataan, grootbladige of zomerlinden, gewone es en gewone esdoorn

Zuidelijk georiënteerde wintertuin. De constructie is opgevat als een vrijstaand verwarmd paviljoen met classicerende, hardstenen onderbouw met twee paar ontdubbelde pilasters overgaand in het tablet waarvan de bovenbouw verdwenen was, maar thans is hersteld. De onderbouw is gesigneerd en gedateerd: VADER EN ZOON VANHOECKE, ARCHITECTEN, GAND, 1892. De binnendecoratie bestaat uit een achterwand vullende varenrots met een centrale spiegel en een excentrisch ingeplant vogelkooitje, een miniatuuruitgave van een pittoresk tuinpaviljoentje van knoestig hout onder een pagodedak bekroond met een lantaarn. De zijwanden zijn aangekleed met knoestige knotstronken in één vlak van gewone es, zomereik en ruwe berk, voor een betuining van verweerd plankenhout. Deze constructie bestaat integraal uit geboetseerde en in de massa gekleurd en gezand cement op een ondergrond van gaas, steenbrokken, bloempotten,... Opgebouwd en gedateerd 1895. Vloer van veelkleurige tegels. De zuidoostelijke muur wordt gemarkeerd door nog een rotsformatie met grot of spelonk. Ten westen van de rotsformatie staat een levensgrote witgekalkte Diana op sokkel.

Laag koetshuis dat de oostelijke tuinzijde afsluit en uitgeeft aan het Deken Zegherplein. Opgetrokken in 1884, zie bouwplan, eveneens naar ontwerp van A. Delacroix. Bepleisterde en beschilderde straatgevel van drie traveeën. Lijstgevel getypeerd door geblokte banden, bossageplint boven de arduinen sokkel. Centrale rondbogige koetspoort onder puntgevel. Vensters gevat in een doorgetrokken getoogde nis. Bepleisterde tuingevel op arduinen sokkel met kelderopening links. Rondboogarcade op pilasters met imitatievoegen. Ronde oculi in de boogvelden.