is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Algemene Fluweelweverij
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Algemene Fluweelweverij
Deze vaststelling was geldig van tot
Voormalige Algemene Fluweelweverij, thans Kortrijkse Kunstinrichting en Kunstatelier 't Kanaal. De bedrijfsgebouwen en gronden situeren zich tussen de weg Kortrijk-Stasegem en het kanaal Kortrijk-Bossuit.
De bouwvergunning voor de weverij met portierswoning werd verleend in 1929. De bouwheer was Tony Herbert en de architect G. Wijn (Antwerpen). In de fondsen van het Rijksarchief te Kortrijk vonden we terug dat het schepencollege aan de heer Maertens, bestuurder van de NV Algemene Textielmaatschappij, de toestemming verleent tot het "oprichten van een katoenspinnerij en een fluweelweverij met verscheidene elektromotoren alsook het plaatsen van een elektrische stoomverwarmingskabien". Uit de kadastrale schets blijkt dat het een rechthoekige constructie betreft met enkele uitspringende gedeelten.
Al in 1929 volgt een eerste uitbreiding met ververij en "appreteerinrichting".
De fabriek wordt systematisch uitgebreid in de volgende jaren: 1936-1937, 1946-1947, 1952-1953, 1966, 1968.
In 1987 worden enkele gebouwen afgebroken. In 1997 worden de portierswoning en het aanpalende gebouw met elkaar verbonden door nieuwbouw.
De industriële gebouwen, evenals de portierswoning, zijn geïnspireerd door de modernistische bouwtrant van de jaren 1930. Ze zijn opgericht in een eigentijdse zakelijke en functionele baksteenarchitectuur met enige art-deco-inslag. De kubistische vormgeving wordt gekarakteriseerd door de verspringende blokvormige volumes en de asymmetrische opbouw. Kenmerkend is ook het afwisselend gebruik van verschillende materialen in dezelfde gevel. In de baksteenbouw die werd opgetrokken met gele baksteen uit Veurne, worden voor de constructieve onderdelen beton en rode baksteen uit de streek verwerkt (kruisverband). De industriële gebouwen omvatten aan de voorzijde een magazijn met toonzaal en burelen, daarachter ligt de weverij met ververij en drogerij. Op de rechterzijkant bevinden zich nog enkele burelen en de smidse. Het geheel bezit nagenoeg een rechthoekige plattegrond met enkele uitspringende gedeelten en een schuinlopende achterkant.
De voorgevel telt tien traveeën en twee en een halve bouwlaag onder plat dak met sterk overkragende betonnen rand. De uitspringende drie traveeën brede hoekpartij telt slechts twee bouwlagen. Twee laaddeuren, eveneens afgedekt met uitstekende betonnen luifel, geven toegang tot het magazijn. De rechthoekige vensters zijn in elke travee per drie gegroepeerd en vormen doorlopende registers met aflijnende betonnen boven- en onderdorpels. Een venstergroep bestaat uit één breed venster geflankeerd door twee smallere, gescheiden door op de gevel in degradatie uitgemetselde stijlen.
De decoratie van de gevels met rode plint, bestaat uit parallelle horizontale banden van rode baksteen ter hoogte van de raampartijen op de gevel- en hoekpilasters en op de vensterstijlen, waardoor een bepaald kleureffect bereikt wordt. Verticale gevelritmering door geprofileerde pilasters, die contrasteert met de horizontale indeling van de doorlopende vensterregisters, de betonnen banden, de scherpe gevelaflijning en de lineaire baksteendecoratie.
De rechterzijgevel omvat de hoekpartij, een achteruitspringende travee en een langgestrekt gedeelte van één bouwlaag. De hoekconstructie telt twee bouwlagen en zes traveeën, waarvan de eerste en tevens de breedste een decoratieve vlakversiering door de verspringende rode bakstenen heeft. De tussentravee met toegang bezit slechts anderhalve bouwlaag en de bovenverdieping wordt verlicht door een driedelige hoge smalle venstergroep.
Het éénlaagse gedeelte van de zijgevel wordt gekenmerkt door erkervormige en hoekige insprongen ter hoogte van de ingangen met betonnen luifel. Horizontale gevelgeleding door de vensterregisters, en de parallel lopende muurbanden van rode baksteen.
De weverij, drogerij en ververij worden afgedekt door raikemdaken. De achtergevel die paalt aan het wandelpad langs het kanaal, heeft een soberdere vormgeving en wordt doorbroken door drieledige venstergroepjes. (Beschrijving gebaseerd op beschermingsdossier van 1985.)
Bron: DE GUNSCH A., DE LEEUW S. & METDEPENNINGHEN C. met medewerking van CALLENS T., SCHEIR O & VAN DEN MOOTER M. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Kortrijk, Deel IA: stad Kortrijk, Straten A-K, Deel IB: stad Kortrijk, Straten L-Z, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL5, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Callens, Toon; Scheir, Olivier; Van den Mooter, Maarten; De Gunsch, Ann; Metdepenninghen, Catheline; De Leeuw, Sofie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Kortrijk
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Algemene Fluweelweverij [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/60258 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.