Huizenrij aangebouwd tegen de westtoren en -gevel van de Sint-Jacobskerk. Het betreft de resterende delen van het godshuis "De Vijf Ringen" dat in 1639 van de Jezusstraat naar hier werd overgebracht. Het geheel vormt een samenstel van een traditioneel breedhuis uit de tweede helft van de 16de of de eerste helft van de 17de eeuw (nummer 3), en drie lage, laatclassicistische huisjes uit het einde van de 18de of het begin van de 19de eeuw, met een laat-renaissance rondboogpoort (nummers 5-15).

Nummer 3

Traditioneel breedhuis met dubbelhuisopstand van zes traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak (nok parallel aan de straat, pannen) met getrapt aandak, uit de tweede helft van de 16de of de eerste helft van de 17de eeuw. Lijstgevel in baksteenbouw met zandstenen kozijnen en waterlijst, verankerd door smeedijzeren muurankers. Registers van kozijnen met kwartholle negblokken, druiplijst en gekoppelde ontlastingsbogen, op de bovenverdieping met kruismonelen; het kruiskozijn van de voorlaatste travee wordt geflankeerd door rechthoekige venstertjes met kwartholle negblokken en druiplijst. Spiegelboogdeur in hardstenen omlijsting met geprofileerde dagkanten en neuten uit de 18de eeuw in de middenas; rechthoekig kelderluik in hardstenen omlijsting ernaast. Twee getrapte dakvensters van drie treden met schouderstukken, waarin een rechthoekige opening met kwartholle negblokken en een latei op kraagstenen en druiplijst.

Nummers 5 en 11-13

Drie laatclassicistische, volgens spiegelbeeldschema gekoppelde huisjes, met een afgeschuinde travee aan weerszij van het westportaal van de Sint-Jacobskerk, geïntegreerd tussen de steunberen. Elk vier traveeën breed en één bouwlaag hoog onder doorlopende leien lessenaarsdaken. De bepleisterde en beschilderde lijstgevels zijn afgewerkt met een dak- en gootlijst. Per huisje een rechthoekige inkomdeur met middenkalf en getralied bovenlicht (twee gekoppelde deuren in nummer 5), geflankeerd door rechthoekige vensters, alle in een vlakke omlijsting uit blauwe hardsteen met geprofileerde dagkanten. Per huisje een houten dakkapel met driehoekig fronton. Houten deur- en vensterschrijnwerk; de vensters van nummer 13 behielden het ijzeren traceerwerk dat uit 1880 dateert.

Nummer 15

Laat-renaissance rondboogpoort in geblokte hardstenen omlijsting met diamantkoppen, geaccentueerde neuten, imposten en sluitsteen, uit de 16de eeuw. Hierachter ligt een diepe gang met een mooi gezicht op het zuidtransept van de kerk. Rijtje volgens repeterend schema gekoppelde huisjes die aanleunen tegen de zuidbeuk van de Sint-Jacobskerk. De kerkfabriek van Sint-Jacobs liet ze in 1889 heropbouwen naar een ontwerp door de architect Eugène Dieltiëns. Daarbij verdwenen de gekoppelde traditionele huisjes met dakvenster uit de tweede helft van de 16de of de eerste helft van de 17de eeuw. Pandjes van twee tot drie traveeën en twee bouwlagen, met lijstgevels in sobere baksteenbouw, opgebouwd uit regelmatige, verkleinende registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen met hardstenen dorpels.