Juwelenhuis Ruys is een woonwinkelhuis in art-nouveaustijl met neorococo-ornamenten, dat werd ontworpen in 1902 door Ferdinand Truyman in opdracht van de juweliersfamilie Ruys-Ramboux. Zowel voor- als achtergevel en het interieur van de winkel bleven sedert het begin van de 20ste eeuw nagenoeg ongewijzigd en de juwelierszaak wordt nog steeds door dezelfde familie uitgebaat. De winkel is bereikbaar via Sint-Jorispoort; de bijhorende woning is toegankelijk via een afzonderlijke ingang op Schermersstraat 37.
Het woonwinkelhuis op een smal perceel tussen de Sint-Jorispoort en de Schermersstraat werd opgericht in 1902, maar de familie Ruys was eerder reeds in de Sint-Jorispoort gevestigd in een kleiner huis en breidde de handelszaak stelselmatig uit.
Vanaf 1867 wordt in de bouwvergunningen voor het eerst verwezen naar de naam Ruys wanneer toelating wordt gevraagd tot het plaatsen van een etalage aan de voorgevel van nummer 28. Bijna twee decennia later, in 1886, wordt de winkel voor rekening van de heer Ruys-Ramboux uitgebreid met het aanpalende pand nummer 26. Het plan bij de bouwaanvraag toont twee gevels met op de begane grond één winkelpui die de volledige breedte van beide panden inneemt.
In 1902 wordt de winkel verder uitgebreid met huisnummer 30. Albert Ruys-Ramboux, "bijoutier", vraagt dan vergunning voor het afbreken van drie woningen 26-28-30 en het herbouwen tot het huidige woonwinkelhuis. Het ontwerp is van de hand van bouwmeester Ferdinand Truyman. Ferdinand Truyman (1857-1939) werkte in dienst van de stad Antwerpen en was zo mede verantwoordelijk voor een aantal belangrijke realisaties in de stad. Hij verleende onder meer zijn medewerking aan de herstelling en verbouwing van het Steen, hij was betrokken bij de herstellingswerken aan de voorgevel van het museum Plantin-Moretus (1903) en hij maakte een ontwerp en studie voor het herbouwen van de gaanderij 'De Kruisboog' in de Stedelijke Kruidtuin. Naast deze projecten die kaderden binnen zijn functie bij de stad Antwerpen, realiseerde hij ook een aantal andere ontwerpen, zoals onder meer het gemeentehuis van Brasschaat en juwelenhuis Ruys. Hij behaalde twee maal de tweede plaats in de prestigieuze Prijs van Rome (1884 en 1887).
Alle ruimtes op de begane grond werden wellicht van bij het begin voorzien van een allesomvattend, zeer verfijnd art-nouveau-interieur. Het is niet bekend of dit ook door Truyman werd ontworpen of wie de uitvoerder was. Oud fotomateriaal toont het winkelinterieur met de huidige vitrinekasten en mozaïekvloer, maar met een eenvoudig plafond met gasverlichting zonder de huidige plafondafwerking. In deze beginperiode waren de vitrinekasten nog voorzien van achterwanden bekleed met spiegels en waren de gietijzeren radiatoren nog niet geplaatst.
Het woonwinkelhuis beslaat een onregelmatig perceel, ontstaan door samenvoeging van drie kleinere percelen op het smalle bouwblok tussen Sint-Jorispoort en de Schermersstraat. Op de begane grond bevinden zich de winkel en de burelen. De centrale traphal leidt naar de privéwoning op de verdiepingen dewelke niet werd bezocht en niet werd gedocumenteerd.
Door dit ondiepe perceel helemaal te benutten, kon de architect de winkel inrichten aan de noordzijde, in de Sint-Jorisstraat, die toen al een drukke winkelstraat was, en de bijhorende woning een eigen ingang geven aan zuidzijde van het perceel, in de Schermersstraat. Het perceel is breder aan de kant van de Sint-Jorispoort, waar de winkel een indrukwekkende façade kreeg. De achtergevel is in dezelfde stijl ontworpen, maar kreeg een ingetogener uitwerking.
De voorbouw van dit fraaie winkelhuis aan de Sint-Jorispoort omvat een dubbelhuisopstand van vier traveeën en drie bouwlagen onder mansardedak. Er werd gekozen voor een imposante witte natuurstenen lijstgevel in een hybridische art-nouveaustijl met neorococo-ornamenten.
De merkwaardige oorspronkelijke winkelpui uit 1902 bleef integraal behouden. De winkelverdieping omvat drie grote vitrines met bijzonder sierlijke houten tracering gevat tussen gepolijste roodgranieten penanten met gegraveerde decoratie. De verdiepte toegang situeert zich tussen de twee etalages rechts en heeft een plafond bekleed met spiegels gevat in een bloemvormige houten onderverdeling. Het geheel wordt bekroond door een brede, geprofileerde puilijst met rocaillesleutels en cartouches en met het goudkleurig opschrift "Ruys" op een zwarte achtergrond.
De traveeën op de bovenverdieping zijn gevat tussen geblokte pilasters met pseudo-Toscaanse kapitelen voor de tweede bouwlaag en Ionische kapitelen voor de derde bouwlaag, die telkens de gekorniste lijsten opvangen en de bouwlagen aflijnen. De deurtravee wordt gemarkeerd door een ruime trapezoïdale erker met breed bekronend balkon en gesmeed ijzeren hek; boven de kroonlijst een getoogd dakvenster met koepelvormige bekroning. De flankerende zijtravee omvat licht getoogde vensters in grillige, geriemde omlijstingen met sleutels met eronder hekken tussen postamenten voor de tweede bouwlaag en balustrades voor de derde bouwlaag. De linkertravee is voorzien van gelijkaardige vensters, maar uitgewerkt als drielicht. De oorspronkelijke ramen bevatten verzorgd houtwerk. De geprofileerde houten kroonlijst op tandlijst en modillons wordt onderbroken door twee dakvensters met gebogen waterlijsten; in de mansarde twee oeils-de-boeuf.
De achterbouw van het woonwinkelhuis in de Schermersstraat werd volgens hetzelfde bouwdossier als de rest van het gebouw uitgevoerd, naar ontwerp van Ferdinand Truymans uit 1902. De achterbouw telt twee brede traveeën en drie bouwlagen onder een zadeldak. De gevel is uitgevoerd in meer ingetogen stijl dan de façade in de Sint-Jorispoort. Opvallend is dat de art-nouveau-elementen in dit eclectische ontwerp ontbreken. Op de begane grond van dit volume bevinden zich de burelen.
De beschilderde, bepleisterde lijstgevel op plint in blauwe hardsteen wordt gemarkeerd door schijnvoegen, kordons en lijsten met links pilasters met panelen. Op de begane grond zit een drielicht en een gelijkaardige rechthoekige deur met flankerende vensters die zijn voorzien van bewerkte deelpilasters en fraaie smeedijzeren diefijzers. De tweede en derde bouwlaag bevatten respectievelijk segment- en korfboogvensters die werden samengebracht in een verdiept muurvlak met panelen en een spiegelboogvormige waterlijst. Het geheel wordt bekroond door een vlakke fries, een gelede architraaf en een holronde houten daklijst met muizentand.
Het opmerkelijke begin-20ste-eeuwse art-nouveau-interieur op de begane grond van dit pand kenmerkt zich door een uitzonderlijk verfijnde afwerking en kwaliteitsvol materiaalgebruik. Het interieur werd wellicht meteen na de bouw van het pand gerealiseerd. De ontwerper van dit interieur is niet bekend.
De rechthoekige winkelruimte aan de Sint-Jorispoort neemt de volledige breedte van het perceel in. Vanuit de winkelruimte geven drie dubbele deuren uit op drie aaneengeschakelde burelen. De bureelruimte links grenst met de achterzijde aan de Schermersstraat, de centrale bureelruimte geeft uit op de trapzaal met toegang naar het woongedeelte op de verdiepingen en het rechtse bureel grenst tegen de achtergevel van de aanpalende woning Schermersstraat 35.
Het winkelinterieur is ontworpen volgens een totaalconcept in art-nouveaustijl. De rechthoekige winkelruimte omvat aan drie zijden nagelvaste wandkasten, aan de straatzijde een etalagewand en drie vrijstaande toonbanken. De wandmeubelen lopen langs de drie zijden volledig door waarbij ook de binnendeuren met deuromkaderingen mee werden geïntegreerd in het ontwerp dat strikt symmetrisch is opgevat. Wandkasten, toonbanken, binnendeuren en deuromlijstingen vertonen dezelfde art-nouveau-detailleringen en vormentaal.
De klemtoon in het interieur wordt gelegd op de twee grote vitrinekasten tegenover de toonbank. Deze kasten hebben grote beglaasde deuren met bovenaan kleine vensterindelingen met sierlijke gebogen lijnvoering en geslepen beglazing. De korte zijden van de winkelruimte worden ingenomen door centraal geplaatste wandspiegels geflankeerd door vitrinekasten met tweeledige opbouw. In het onderste register hebben de lage gesloten kasten verdiepte panelen met gebogen lijnvoering en het bovenste register wordt ingenomen door beglaasde kastdeuren met glazen schappen. Voor beide wandspiegels bevinden zich twee gietijzeren radiatoren.
Aan de straatzijde worden de vitrines van de winkelruimte gescheiden door beglaasde etalagedeuren met sierlijk gebogen raamindelingen. In de ruimte onder de etalage werden gesloten kasten en lades voorzien. De etalage is uitgevoerd in hout met aan de straatzijde het opschrift "Ruys-Ramboux" in een sierlijk uitgevoerde belettering. De zijwanden van de etalages zijn bekleed met spiegels. Boven de etalagekasten en tegen de vitrine bleven de originele verlichtingsarmaturen op sierlijke smeedijzeren frames bewaard.
Verder bevat het interieur drie vrijstaande toonbanken met een bovenblad in roze fluwelen stof en fronten met verdiepte panelen geritmeerd door consoles. Aan de achterzijde werden rolluikkasten, laden en open schappen voorzien. De twee kleinere toonbanken die de centrale toonbank flankeren hebben elk aan één zijde een vooruitspringende en afgeronde hoek.
De vloer van de winkelruimte is uitgevoerd in een meerkleurige keramische mozaïek met gestileerde bloemmotieven in blauwe, groene en rode tinten op een crèmekleurige achtergrond geplaatst volgens een waaiervormige patroon. Het decor met blauwe omranding volgt de plaatsing van de wandkasten en de toonbanken en ook ter hoogte van de toegangsdeur en de deuren naar de burelen werd het ontwerp van de mozaïekvloer hierop afgestemd. Achter de toonbanken werd de vloer verhoogd door middel van een plankenvloer.
Het plafond en de wanden hebben een plafondbekleding in reliëf (vermoedelijk lincrusta) met grijze bloemmotieven op een crèmekleurige en lichtgroene achtergrond en zilverkleurige bloemenkransen in reliëf. De verschillende decoratieve vlakken worden van elkaar gescheiden door een houten latwerk. Ook vier centraal geplaatste bloemvormige verlichtingsarmaturen maken deel uit van het plafondontwerp. De originele gasverlichting werd waarschijnlijk verwijderd met de plaatsing van het lincrustaplafond dat vermoedelijk ten laatste in 1914 werd gerealiseerd. Omstreeks de jaren 1930 zou de bestaande verlichting uitgebreid zijn met de drie nog aanwezige lusters.
Tot de inrichting behoren verder twee vitrinekasten uit de jaren 1930 en twee paraplubakken.
De drie naast elkaar gelegen burelen zijn elk rechtstreeks toegankelijk vanuit de winkelruimte. Interieurafwerking en meubilair verschillen voor elke ruimte, maar werden vermoedelijk wel samen ontworpen in de periode tussen 1902 en 1914.
De bureelruimte links geeft aan de achterzijde rechtstreeks uit op de Schermersstraat. Lambriseringen, deuromlijstingen, wandkasten en schoorsteenmantel met spiegel vormen één nagelvast geheel en vullen de volledige muurbreedte. De kasten zijn versierd met tableaus met gestileerde plantenmotieven en bloemmotieven in houtsnijwerk. Het art-nouveauplafond is uitgevoerd in een groene en crèmekleurige plafondbekleding in reliëf (vermoedelijk lincrusta) waarbij een houten decoratief latwerk het plafond onderverdeelt in verschillende vlakken. De vloer is afgewerkt met parket in visgraatmotief.
De centrale bureelruimte situeert zich tussen de winkelruimte en de trapzaal. Ook hier werden de deuromlijstingen, lambriseringen en nagelvaste wandkasten uitgevoerd in dezelfde stijl. Het schrijnwerk is gedecoreerd met spiegels, koperen beslag en houtsnijwerk met bloemmotieven en decoratieve lijsten. Het opmerkelijke plafond in art nouveau is rijkelijk gedecoreerd met voorstellingen van vier vrouwenfiguren (wellicht de jaargetijden) en de twaalf symbolen van de dierenriem met overvloedig gebruik van gestileerde plantenmotieven als decor en achtergrond. Verder bevat het plafond nog vier kleine sierlijke verlichtingsarmaturen in de hoeken en centraal één grote luster.
Grafisch kunstenaar Emile Delrue zou verantwoordelijk zijn voor het uittekenen van dit plafond en mogelijk kunnen ook nog andere interieurelementen aan hem worden toegeschreven. Hij exposeerde bij kunstenaarsvereniging De Scalden met voornamelijk toegepaste kunst, waaronder decoratieve panelen, ontwerpen voor een boudoir, een wagen en een affiche.
De bureelruimte rechts is uitgevoerd in een classicerende stijl. De muren zijn volledig bekleed met lambriseringen met decoratieve panelen. De voorstellingen van engelen en vrouwenfiguren, uitgevoerd in wit op een muntgroene achtergrond en met goudkleurige detailleringen, zijn geïnspireerd op de oudheid. De kastruimte in de muur achteraan werd volledig mee geïntegreerd in het decor van de lambriseringen. In de marmeren schoorsteenmantel zijn guirlandes en kransen uitgewerkt en de lambrisering op de haardboezem bevat een spiegel en een decoratief paneel met voorstelling van een strijdwagen met paarden. Het plafond wordt doorbroken door een achthoekig bovenlicht uitgevoerd in structuurglas.
De trapzaal achter de burelen geeft uit op de Schermersstraat en heeft een prachtige afwerking. De slingertrap met smeedijzeren balustrade en houten handgreep bezit een opmerkelijke trappaal met ingewerkte smeedijzeren verlichtingsarmatuur. De houten trap is bekleed met een rode loper.
De wanden in de trapzaal zijn afgewerkt met decoratieve panelen beschilderd met gestileerde plantenmotieven en taferelen in grisaille geïnspireerd op de oudheid. Het toegepaste kleurenpalet omvat voornamelijk rode en gele aardekleuren. Op het plafond van de trapzaal werd een vogel tegen een blauwe lucht geschilderd in trompe l’oeil, de overige plafonds zijn afgewerkt met eenvoudig lijstwerk. Onder de trap bevinden zich een ingemaakte kast en de toegang naar de kelder. De vloer is uitgevoerd in grote marmeren tegels.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine; Mathys, Greet
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. & Mathys G. 2017: Juwelenhuis Ruys [online], https://id.erfgoed.net/teksten/195194 (geraadpleegd op ).
Fraai winkelhuis met dubbelhuisopstand van vier traveeën en drie bouwlagen onder mansardedak. Witte natuurstenen lijstgevel in een hybridische art-nouveau-stijl met vermenging onder meer van neorococo-ornamenten van 1902. Traveeën op de bovenverdieping gevat tussen geblokte pilasters met pseudo-Toscaanse kapitelen (tweede bouwlaag) en Ionische kapitelen (derde bouwlaag), die telkens de gekorniste lijsten opvangen en de bouwlagen aflijnen. Deurtravee gemarkeerd door een ruime trapezoïdale erker met breed bekronend balkon en gesmeed ijzeren hek; boven de kroonlijst een getoogd dakvenster met koepelvormige bekroning. Flankerende zijtravee met licht getoogde vensters in grillige, geriemde omlijstingen met sleutels; eronder hekken tussen postamenten (tweede bouwlaag) en balustrades (derde bouwlaag). Linkertravee voorzien van gelijkaardige vensters, doch uitgewerkt als drielicht. Oorspronkelijke ramen met verzorgd houtwerk. Geprofileerde houten kroonlijst op tandlijst en modillons onderbroken door twee dakvensters met gebogen waterlijstjes; in de mansarde twee oeils-de-boeuf. Merkwaardige, oorspronkelijk bewaarde winkelpui; brede ramen met bijzonder sierlijke houten tracering tussen gepolijste roodgranieten penanten, waarin gegraveerde decoratie, afgelijnd door een brede, geprofileerde puilijst, waarin neorocaille sleutels en cartouches.
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Juwelenhuis Ruys [online], https://id.erfgoed.net/teksten/6164 (geraadpleegd op ).
Achtergevel van het huis Sint-Jorispoort 26, gebouwd in 1902 in eclectische stijl. Beschilderde lijstgevel van twee traveeën en drie bouwlagen gemarkeerd door schijnvoegen, kordons en lijsten; links pilasters met panelen. Op de begane grond, drielicht en gelijkaardige rechthoekige deur met flankerende vensters, voorzien van bewerkte deelpilasters en fraaie smeedijzeren hekken. Tweede en derde bouwlaag respectievelijk met segment- en korfboogvenster, samengebracht in verdiept muurvlak met panelen en spiegelboogvormige waterlijst. Vlak fries, gelede architraaf en holronde houten daklijst met muizentand.
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Juwelenhuis Ruys [online], https://id.erfgoed.net/teksten/195236 (geraadpleegd op ).