Winkelhuis in eclectische stijl naar een ontwerp door de architect Alexis Van Mechelen uit 1900. Opdrachtgevers waren de gebroeders E., Léon en Jules Baetes, koper- en metaalgraveurs van beroep, die de zaak van hun vader Fr. J. Baetes hadden overgenomen. Jules Baetes (Antwerpen, 1861-Antwerpen, 1937) maakte naam als medailleur en beeldhouwer. Hij stichtte in 1889 de Antwerpse kunstkring “De Scalden” en werd er voorzitter van.
Alexis Van Mechelen startte zijn loopbaan in 1887, met het café van de Wijngaard Natie aan de Oudeleeuwenrui in opdracht van zijn vader, gevolgd door privé-opdrachten in conventionele neoclassicistische en pittoreske neo-Vlaamserenaissance-stijl. Als stads(hoofd)bouwmeester van 1902 tot zijn overlijden in 1919, werd Van Mechelen vooral bekend van de Opera aan de Frankrijklei en de Stadsfeestzaal aan de Meir die hij in de jaren 1900 realiseerde. Deze gebouwen kenmerken zich door een monumentaal eclecticisme onder invloed van de beaux-artsstijl. Tijdens zijn ambtsperiode ontwierp hij een tiental schoolcomplexen zowel in eclectische (Kasteelstraat), in neo-Vlaamserenaissance-stijl (Grotehondstraat) als in beaux-artstijl (Lamorinièrestraat).
Met een gevelbreedte van vier traveeën omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een zadeldak. De lijstgevel onderscheidt zich door een parement uit witte natuursteen, met gebruik van blauwe hardsteen voor de pui, het balkon, speklagen en de architraaf. Een hybride combinatie van elementen in gotische en renaissancestijl kenmerken het gevelontwerp. Van de winkelpui met zijportaal en privé-inkom resten de Toscaanse kolommen en de overspanning door een ijzeren I-balk. Een gevelbreed balkon met ijzeren consoles en een smeedijzeren borstwering tussen bewerkte kolommen, markeert de bovenbouw. Op de eerste verdieping een register van rondbogige deurvensters met geprofileerde dagkanten en gekoppelde, spitsbogige waterlijsten. De mozaïekjes in de omlijste tondo’s van de zwikken, verbeelden bijen en in de middenas de initialen BF van het huis Baetes Frères. Op de tweede verdieping rechthoekige vensters met individuele lekdrempels en een golfmotief op de latei. Een klassiek hoofdgestel met architraaf, metopen met mozaïekrozetten en casementen in de fries, en een houten kroonlijst op modillons en tandlijst, vormt de gevelbeëindiging. In het gevelontwerp zijn de casementen versierd met draperieën, mogelijk eveneens uit te voeren in mozaïek.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1900#792.