Traditioneel diephuis van vier traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak (nok loodrecht op de straat, pannen) uit de tweede helft van de 16de eeuw tot de eerste helft van de 17de eeuw. Auguste Jacobs liet in 1851 de pui aanpassen met behoud van de korfboogpoort: de vierledige pui met gekoppelde rechthoekige kozijnen en een inkomdeur rechts, werd naar de ordonnantie van de bovenverdieping herleid tot een drieledig schema, met een centraal winkelraam. In 1898 liet J. Verbist in plaats daarvan een klassieke houten winkelpui met zijportaal en privé-inkom aanbrengen. Het pand werd in opdracht van J. Van Damme gerestaureerd tot eengezinswoning met handels- en kantoorruimte naar een ontwerp door de architect Rutger Steenmeijer uit 1988, vergund in 1989.
Trapgevel van dertien/twaalf treden in bak- en zandsteenbouw met speklagen, kwartholle negblokken en sporen van wigvormige ontlasting, verankerd door smeedijzeren muurankers waaronder met gekrulde spie. Bij de restauratie werd het parement gedecapeerd, hersteld en gekaleid, het schrijnwerk van de pui en vensters vernieuwd. In de linker travee korfboogpoort met een diamantkopsleutel, kwartholle dagkanten en geprofileerde waterlijst op gelede imposten; getralied rechthoekig bovenlicht met kwartholle dagkanten. Aangepaste rechthoekige bovenvensters met lekdrempel. De drieledige geveltop wordt geopend door twee drielichten, waarvan het middenluik rondbogig is in het onderste, en rechthoekig met een latei op kraagstenen in het bovenste. Beide worden geflankeerd door rechthoekige zijlichten, en bekroond door een rechthoekig luik in de top, alle met kwartholle dagkanten. De pui is op de poort na verbouwd. Achterpuntgevel met rechthoekige muuropeningen. Bewaarde balkenlagen en dakspant in het interieur.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1851#92, 1898#1351 en 86#890280.