Als gemeentehuis en -school gebruikt gebouw in respectievelijk eclectisch getinte neoclassicistische en neoromaanse stijl uit het derde kwart van de 19de eeuw. Het complex veranderde later van functie tot feestzaal.
Op 11 november 1852 kocht het gemeentebestuur van Eigenbilzen aan de Hartenberg een perceel met boomgaard om een gemeenteschool te bouwen. Vier jaar later werd dit “schoolhuis” kadastraal geregistreerd. Het uitzicht van dit gebouw is niet gekend maar op de bijhorende kadasterschets is te zien dat dit gebouw qua inplanting vrijwel identiek is aan het huidige. Aan de noordzijde bevond zich een klein losstaand volume maar dit verdween later voor de aanleg van een doodlopend zijstraatje van de Hartenberg met dezelfde benaming.
In 1898 werd het schoolhuis omgevormd tot muziekzaal van harmonie Aurora wat gepaard ging met een kadastrale opsplitsing. De onderwijzerswoning aan de zuidzijde behield haar functie. In 1908 werd een klein deel van deze woning wel omgezet naar gemeentehuis (dat tot 1970 in gebruik bleef). Ook dit vertaalde zich in een kadastrale opsplitsing. Van 1909 tot 1912 werd de muziekzaal tijdelijk omgevormd tot kerkgebouw omwille van de ingrijpende verbouwing van de Sint-Ursulakerk. Omwille van politieke onenigheid verliet de harmonie Aurora begin jaren dertig de zaal waarna ze overgenomen werd door harmonie Recht door Zee. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het gebouw gebruikt voor soepbedelingen en nadien voor medische onderzoeken en toneel- en filmvoorstellingen. In de loop der jaren werden allerlei aanbouwen gerealiseerd. In 1974 liet het gemeentebestuur het gebouw ombouwen tot feestzaal met aanbouw van een sanitair blok. Na de bescherming in 2002 werd de zaal in 2004-2009 opnieuw gerenoveerd en uitgebreid met een nieuwbouw.
Het complex is een alleenstaand gebouw met een duidelijke tweeledigheid: links het schoolgedeelte van vier traveeën en één bouwlaag, rechts het gemeentehuis van drie traveeën en twee bouwlagen, het geheel uniform onder een gemeenschappelijk golfplaten zadeldak. Aan de schoolzijde, in het verlengde van het gebouw, is een ietwat lagere aanbouw voorzien, over de gehele diepte van het gebouw, één travee en één bouwlaag onder een pannen zadeldak.
Het gebouw is opgetrokken op een hellend terrein, waardoor vooral het gemeentehuis een verhoogde begane grond heeft. Het halfkelderse niveau wordt aangeduid door een gecementeerde laag, de rest van het gebouw is opgetrokken in baksteen op een lage kalkstenen plint. Hoekbanden in mergelsteen worden als pilasters hernomen ter hoogte van de overgang tussen gemeentehuis en school. De basis van deze banden wordt gevormd door een zwaarder afgewerkt kalkstenen blok met paneeltekening, dat wordt hernomen als ornament voor de borstweringen van de gelijkvloerse vensters van het gemeentehuis.
De school heeft een indrukwekkende, neoromaanse straatgevel met grote rondboogvensters met metalen roedeverdeling en waaiervormige bovenlichten. In het metselwerk van de muurdammen zijn panelen uitgewerkt. Daarboven - ter hoogte van de bovendorpels van de vensters - verlevendigt een overkragende, kalkstenen cordonlijst het parement, dat onder de dakrand verder is voorzien van een in mergelsteen uitgewerkte boogfries.
De straatgevel van het gemeentehuis is voorzien van rechthoekige muuropeningen met kalkstenen onderdorpels in cordon. De bovendorpels worden gevormd door een strekse baksteenlaag, op het gelijkvloers onderbroken door een kalkstenen sluitsteen, die door middel van verticaal lijstwerk met de onderdorpels van de bovenvensters in verbinding staat. Net onder het niveau van de bovendorpels lopen opnieuw cordonlijsten, die door de muuropeningen worden onderbroken. Deze onderbreking wordt opgevangen door overspannend steekbogig lijstwerk.
De rechtse zijgevel (zuid) is de eigenlijke façade van het gemeentehuis en vertoont grosso modo dezelfde karakteristieken als reeds aangehaald. Het gelijkvloers, toegankelijk via een platform met trappen, is echter lichtjes afwijkend qua vorm. De centrale toegangsdeur is gevat in een kalkstenen omlijsting met druiplijst, de overspannende boog boven de vensters is meer gearticuleerd. De centrale deurtravee wordt bovendien als een risaliet afgebakend door pilasters met dezelfde karakteristieken als de hoekbanden. De grotendeels blinde geveltop is getooid met een oculus in mergelstenen omlijsting.
De achtergevel is grotendeels blind op een aantal steekbogige ramen en nissen met kalkstenen lekdrempels na, alle ter hoogte van het gemeentehuis. Ongeveer centraal tegen de gevel prijkt nog een recente, lagere aanbouw onder een plat dak. De linkse zijgevel gaat schuil achter de reeds geciteerde aanbouw van de school, die beschikt over een aantal eenvoudige, steekbogige muuropeningen (keldervenster en venster aan de voorzijde, deur aan de achterzijde).
De tweeledigheid van het exterieur vertaalt zich naar het grondplan: het gemeentehuis omvat dienst- en circulatievertrekken, het schoolgedeelte een theaterzaal. De eenvoudige structuur wordt gevormd door de centrale inkomhal, die via een deur leidt naar de toneelzaal, het grootste deel van het corpus. Het gebouw is slechts gedeeltelijk onderkelderd, met name onder het toneel, waar zich kleedkamers bevinden, en onder de hal en keuken. De rest van het gebouw rust op volle grond. De verdieping is beperkt tot het standaard 19de-eeuwse deel en omvat een grote repetitieruimte en een geïsoleerde doorstromingsruimte met traphal in de hoek. Van hieruit is ook de zolder te bereiken, waar nog enkele dienstruimten te situeren zijn.
Auteurs: Schlusmans, Frieda; Gyselinck, Jozef; Vandeweghe, Evert
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Schlusmans F. & Gyselinck J. & Vandeweghe E. 2023: Gemeentehuis Eigenbilzen en gemeenteschool [online], https://id.erfgoed.net/teksten/154836 (geraadpleegd op ).
Voormalig gemeentehuis en -school, uit het vierde kwart van de 19de eeuw. Alleenstaand gebouw van acht (oorspronkelijk zeven ?) traveeën en twee bouwlagen voor het gemeentehuis, één bouwlaag voor de school, onder gemeenschappelijk zadeldak (golfplaten). Bakstenen gebouw op een verhoogde begane grond (gemeentehuis), afgewerkt met mergelsteen en hardsteen voor plint, hoekbanden, pilasters en rondboogfries onder de dakrand van het schoolgebouw. Strekse vensters met lekdrempels en geprofileerde druiplijsten in het gemeentehuis, rondboogvensters met metalen roedeverdeling in de school. De hoofdingang is een rechthoekige deur in een hardstenen omlijsting met druiplijst. De uiterst linkse travee (mogelijk bijgebouwd), is voorzien van eenvoudige getoogde muuropeningen.
Bron: SCHLUSMANS F. 1996: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kantons Bilzen - Maasmechelen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14n3, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Schlusmans F. 1996: Gemeentehuis Eigenbilzen en gemeenteschool [online], https://id.erfgoed.net/teksten/644 (geraadpleegd op ).