Burgerhuis in eclectische stijl gebouwd in opdracht van 'sous-archiviste' Louis Bisschops, naar een ontwerp van architect Guillaume Rooses uit 1906. De aannemer was vermoedelijk het bouwbedrijf van de vader van de architect, P.J. Rooses. Zoon Rooses bouwde sinds begin jaren 1890 een veeleer conventioneel oeuvre uit van voornamelijk doorsnee burgerhuizen. De materiaalpolychromie die de woning Bisschops kenmerkt, paste hij rond deze tijd ook in andere ontwerpen toe, als alternatief voor het gebruikelijke neoclassicisme.
De rijwoning met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën, telt een souterrain en twee bouwlagen onder een leien zadeldak. De verzorgde lijstgevel heeft een parement in gele baksteen verwerkt met natuursteen, op een plint in arduin. Voor de detaillering grijpt Rooses terug naar de neo-Vlaamserenaissance-stijl, die hij vanaf het begin van zijn loopbaan simultaan toepast met het neoclassicisme. De gevelopbouw en de ornamentatie van de woning Bisschops zijn overigens sterk verwant met twee vroege burgerhuizen van de architect aan de Constantia Teichmannplaats, ontworpen in 1891.
De asymmetrisch gevelcompositie, die de opdeling in hoofd- en nevenruimten van het interieur weerspiegelt, legt de klemtoon op het brede zijrisaliet. Dit laatste is als tuitgevel uitgewerkt, bekroond door bolornamenten, een pinakel en een halfrond topstuk. Opmerkelijk is de over de bovenbouw oplopende vensternis, vormgegeven als een Brugse travee met polychroom decoratief metselwerk in de boogvelden, en een ijzeren latei met rozetten. Typische elementen zijn verder het dubbele kruiskozijn en het deurentablement van de begane grond, de balusters in de borstweringen, en de typische diamantkoppen. Geleed door de puilijst, wordt de gevel beëindigd door een klassiek hoofdgestel met consoles. Het gevernist houten schrijnwerk van de vensters en de deur met fraai paneelwerk bleef behouden, evenals de kleine dakkapel en het smeedijzeren voortuinhek.
De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van de burgerwoning, waarbij de keuken zich oorspronkelijk vermoedelijk in het souterrain bevond. Op de begane grond wordt de gebruikelijke suite van salon, eetkamer en wellicht een veranda of terras, geflankeerd door de vestibule en het trappenhuis.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2011: Burgerhuis in eclectische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/139378 (geraadpleegd op ).
Burgerhuis in eclectische stijl met neorenaissance-inslag, te dateren circa 1900. Twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (leien, nok parallel aan de straat). Gevelparement van gele baksteen en natuursteen. Smalle deurtravee onder kroonlijst; originele houten deur met paneelwerk. Bredere risalietvormende venstertravee met tuitgevel; de vensters in verdiepte muurvlakken versierd met baksteenmozaïeken in de boogvelden en balusters op de borstweringen.
Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Burgerhuis in eclectische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/6440 (geraadpleegd op ).