Burgerhuis in eclectische stijl, volgens de bouwaanvraag van 1908 opgetrokken in opdracht van de onderwijzer A. Verhelst. De aannemer was Egied Stevens-Roels, die vermoedelijk ook voor het ontwerp tekende en van wie in Antwerpen bouwprojecten zijn teruggevonden uit de periode 1905-1920, vanaf 1917 onder de naam Stevens-Dobbeleers.
De rijwoning met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën, telt drie bouwlagen onder een zadeldak. Eenvoudig van opzet is de lijstgevel opgetrokken uit gele baksteen met rood omlijste spiegels in het hoofdgestel, ruim gebruik van natuursteen, en een plint in arduin. Horizontaal wordt de asymmetrische compositie geleed door de puilijst, verticaal is de klemtoon evenwichtig verdeeld over de brede hoofdtravee, en de als risaliet uitgewerkte deurtravee. Een driezijdige erker met balkon markeert de begane grond, en een rondboogtweelicht en de consoles van de kroonlijst de bovenste verdieping. Verder beperkt het geveldecor zicht tot kleurrijke mozaïekpaneeltjes met de huisnaam en afbeeldingen van een scheepje op de borstweringen. Opvallend is ook het gebruik van ijzeren I-balken met rozetten als latei. Het houten schrijnwerk van de deur en vensters met typische roedeverdeling is bewaard, evenals het smeedijzeren voortuinhek.
De plattegrond volgt de klassieke typologie van de burgerwoning, bestaande uit een hoofdvolume en een lagere achterbouw. Volgens de bouwplannen biedt de begane grond ruimte aan de gebruikelijke suite van salon, eetkamer en veranda met bovenlicht, geflankeerd door de inkom, het trappenhuis, de office en de keuken. De eerste verdieping omvat een slaapkamer over volledige breedte van de woning, een 'cabinet de toilette', een kantoor en een badkamer. Overige slaapkamers bevinden zich op de tweede verdieping.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1908#1094 en 1908#1748.