Pittoreske cottage in neogotische stijl, tussen 1880 en 1885 gebouwd als hovenierswoning van kasteel Den Brandt, in opdracht van de toenmalige kasteelheer Emile Augustin Joseph della Faille de Waerloos (1835-1890). Albert Kreglinger (1874-1953), bestuurder van de handelsfirma G. & C. Kreglinger, liet de cottage in 1926 naar ontwerp van de architect Joseph Hertogs tot zijn huidige vorm uitbreiden en als landhuis herinrichten. Tot dezelfde bouwcampagne behoorde een vandaag verdwenen garage met chauffeursverblijf in de stijl van het hoofdgebouw. In 1937 volgden nog enkele beperkte ingrepen, met wijzigingen aan de oost- en westgevel. De villa werd in 1962 verkocht aan de stad Antwerpen, die het gebouw in 1967 ter beschikking stelde van het College voor Ontwikkelingslanden van het Rijksuniversitair Centrum Antwerpen (RUCA). Sinds 2003 is het gebouw in concessie als privéwoning.
Het vrijstaande gebouw van twee bouwlagen onder een complex zadeldak, is opgetrokken uit rode baksteenbouw met gebruik van witte natuursteen voor de plint, hoekkettingen, kraag- en dekstenen, kozijnen en omlijstingen, en leien als dakbedekking. Oorspronkelijk T-vormig van plattegrond, voegde Hertogs in de stijl van het bestaande gebouw het portaal en de vestibule aan de oostzijde, het terras aan de westzijde en de ‘inglenook’ en schoorsteen aan de noordzijde toe. Het pittoreske karakter van deze architectuur, eigen aan dienstgebouwen van kasteeldomeinen uit de tweede helft van de 19de eeuw, berust vooral op het levendige silhouet, de contrastrijke materiaalpolychromie en de verscheidenheid aan venstervormen, nog deels voorzien van het oorspronkelijke schrijnwerk met metalen roeden. Een tweeledige, ronde traptoren met kegelvormige spits markeert de zuidwesthoek van het gebouw, dat zich verder ten oosten, zuiden en westen onderscheidt door puntgevels met aandak en kraagstukken. Opvallend zijn verder de driezijdige erker aan de tuinzijde en de sierlijke dakkapellen die nog tot de oorspronkelijke bouw behoren, en het open portaal met neogotisch maaswerk en de getrapte ‘inglenook’ en schoorsteen toegevoegd door Hertogs. In 1937 werd het oorspronkelijke tweelicht van de traphal in de oostgevel vergroot, en de erker van de westgevel doorgetrokken over de eerste verdieping.
De indeling en inrichting van het interieur dateren grotendeels uit de verbouwing door Hertogs in 1926. De vestibule met open portaal en de traphal met ‘inglenook’ vormen de oostzijde van de begane grond. Hierbij sluiten aan de tuinzijde de eetkamer met office en terras, en het salon met erker aan. Op de bovenverdieping bevinden zich volgens de bouwplannen drie slaapkamers, een ‘cabinet de toilette’ en de badkamer. Het souterrain bereikbaar via de diensttrap in de traptoren, biedt ruimte aan de keuken, het personeelsverblijf en voorraadkelders; het dakniveau herbergt vier mansardekamers en een zolder.
De door Hertogs ontworpen maar vandaag verdwenen garage, vormde een soort verkleinde versie van het hoofdgebouw, één bouwlaag hoog onder een complex zadeldak, eveneens gemarkeerd door puntgevels en een zelfde traptorentje. Voor de villa strekt zich een boomgaard uit, geflankeerd door een bewaarde tuinmuur.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2015: Villa La Chapelle [online], https://id.erfgoed.net/teksten/168928 (geraadpleegd op ).
Zogenaamde "Villa La Chapelle", nu horend bij het Rijksuniversitair Centrum Antwerpen, gebouwd door de familie Kreglinger tussen 1910 en 1918. Opgetrokken uit bak- en witte natuursteen, eclectische stijl met middeleeuwse inslag en latere aanpassingen. Lijst- en puntgevel gemarkeerd door hoekige, later verhoogde, erker en ronde hoektoren, laatstgenoemde onder leien spits. Diverse muuropeningen in stenen omlijstingen.
Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Villa La Chapelle [online], https://id.erfgoed.net/teksten/6524 (geraadpleegd op ).