Dit ensemble van drie enkelhuizen in neoclassicistische stijl werd in 1895 ontworpen door bouwmeester Frans Smet-Verhas in opdracht van de Naamlooze Maatschappij voor het Bouwen van Burgershuizen in het Oostkwartier.
De bouwmaatschappij werd in 1886 opgericht met als doel de ontwikkeling van Zurenborg tot woonwijk voor de burgerij. Ze bouwde voor eigen rekening tal van modelwoningen en –ensembles, in samenwerking met verschillende bouwmeesters, om op die manier de bouw van woningen door privé-investeerders te stimuleren. Ook was het duidelijk de bedoeling om aan te sturen op de keuze voor rijk uitgewerkte ontwerpen. Frans Smet-Verhas was een architect die voor talrijke projecten in Zurenborg door de maatschappij werd aangesproken. Hij tekende in verschillende stijlen, van neoclassicisme over eclecticisme tot art nouveau.
Typerend voor het Antwerpse deel van Zurenborg zijn de huizenrijen in een zeer rijk versierde neoclassicistische stijl, waarvan dit ensemble een voorbeeld is. De huizen tellen telkens drie traveeën en twee bouwlagen, onder mansardedak met rechthoekige dakvensters.
De centrale woning (19) is opgevat als rijker geornamenteerde middenpartij voor de identieke belendende panden (17, 21). Bepleisterde en beschilderde lijstgevels op hardstenen plint, geblokte begane grond, brede puilijst, doorlopende kordons, panelenfries onder houten kroonlijst op klossen en geornamenteerde consoles.
De centrale woning (19) is geaccentueerd door een gevelbreed gebogen balkon op zwaar uitgewerkte consoles met vaasmotief, sierlijke balkonleuning met siervaasbekroning. Het motief van balkonleuning wordt herhaald voor de bovenvensters van nummers 17 en 21. De penanten van bovenverdieping zijn in de drie woningen voorzien van rijk versierde panelen, met bij nummer 19 de afbeelding van de duif die naar de ark van Noah vliegt. Dit thema sluit tevens aan bij de straatnaam; een link tussen straatnaam en geveldecoratie die we bij veel straten in de buurt toegepast zien door de maatschappij, bijvoorbeeld in de Grote- en Kleinehondstraat of de Ramstraat.
Rechthoekige deuren en vensters, op de bovenverdieping onder gestrekte waterlijst en met schijfmotieven (17 en 21) of gebroken, gebogen fronton en stucwerkpaneel (19). Het schrijnwerk van nummer 21 is vernieuwd, maar nog gaaf bewaard bij 17 en 19.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Hooft, Elise
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Hooft E. 2015: Neoclassicistisch ensemble [online], https://id.erfgoed.net/teksten/172503 (geraadpleegd op ).
Eenheidsbebouwing van drie enkelhuizen in neoclassicistische stijl, telkens drie traveeën en twee bouwlagen, onder mansardedak met rechthoekige dakvensters, uit de laatste kwart van de 19de eeuw.
Nummer 19 opgevat als rijker geornamenteerde middenpartij, identieke nummers 17 en 21. Bepleisterde en beschilderde lijstgevels op arduinen plint, geblokte begane grond, brede puilijst, doorlopende kordons, panelenfries onder houten kroonlijst op klossen en geornamenteerde consoles. Nummer 19 met gebogen balkon op zwaar uitgewerkte consoles met vaasmotief, sierlijke balkonleuning met siervaasbekroning; motief van balkonleuning herhaald voor bovenvensters van nummers 17 en 21. Penanten van bovenverdieping met rijk versierde panelen; nummer 19 met afbeelding van duif en Noë. Rechthoekige vensters, op bovenverdieping onder gestrekte waterlijst en schijfmotieven (nummers 17 en 21) of gebroken, gebogen fronton en stucwerkpaneel (nummer 19). Rechthoekige deuren.
Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Neoclassicistisch ensemble [online], https://id.erfgoed.net/teksten/6543 (geraadpleegd op ).