Herenhuis in neoclassicistische stijl naar een ontwerp door de ingenieur-architect Henri Hertogs uit 1886. Opdrachtgever was zijn oudere broer Alphonse Pierre Joseph Hertogs (Antwerpen, 1843-Antwerpen, 1908), zelf aannemer van openbare werken. Ook hun grootvader Guillaume Joseph Hertogs, hun vader Arnoldus Josephus Hertogs en oudste broer André Hertogs waren als aannemers actief. André en Alphonse volgden hun vader in 1876 op, en waren geassocieerd tot 1882. Als liberaal politicus zetelde Alphonse Hertogs vanaf 1887 in de Antwerpse gemeenteraadslid, en was van 1891 tot 1895 schepen van Openbare Werken. Hij werd in 1906 door de katholieke regering De Trooz benoemd tot burgemeester van Antwerpen, in opvolging van de overleden Jan Van Rijswijck en waarnemend burgemeester Victor Desguin, en vervulde deze functie tot zijn dood in 1908. Uit zijn huwelijk met Maria Susanna Vingerhoets (Antwerpen, 1845-Brasschaat, 1899) in 1870, kwamen twee zonen en twee dochters voort, geboren tussen 1871 en 1876.

Henri Hertogs, die in Antwerpen actief was van 1874 tot zijn overlijden in 1899, legde zich zowel toe op het ontwerp van burgerhuizen als industriële constructies en pakhuizen. Het hotel Alphonse Hertogs is representatief voor zijn privé-architectuur in conventionele neoclassicistische stijl. Voor bedrijfsgebouwen pasten hij een neotraditionele baksteenarchitectuur toe.

Met een gevelbreedte van vier traveeën omvat de statige rijwoning drie bouwlagen onder een zadeldak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel rust op een geblokte benedenbouw en zware plint uit hardsteen. Nadrukkelijk horizontaal geleed, legt de gevelcompositie de klemtoon op de met stucwerk versierde bel-etage. Deze wordt in de twee middentraveeën gemarkeerd door een balkon met doorgetrokken balustrade, en deurvensters onder een gebogen fronton met hanekam. Verder regelmatige registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen in geriemde omlijsting, met een entablement op de bel-etage, en onderdorpels op begane grond en bovenste verdieping. Klassiek hoofdgestel met houten kroonlijst op klossen en tandlijst. Bewaard houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters met rolluikkasten.

Herenhuis in neoclassicistische stijl van vier traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak (bitumen), uit de tweede helft van de 19de eeuw. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel, de benedenbouw bekleed met natuursteen. Accent op het brede bel-etagebalkon en de corresponderende deurvensters in zware omlijsting met fronton. Rechthoekige muuropeningen.