Appartementsgebouw in art-decostijl gebouwd in opdracht van Joseph Halévy, naar een ontwerp door de architect David Moëd uit 1934. Van Zwitsers Joodse origine, was Joseph Halévy actief in de metaalhandel, samen met zijn broer Max. Deze laatste had als voorzitter van de Israëlitische Gemeente van Antwerpen, al voor meerdere bouwprojecten beroep gedaan op architect Moëd. Diens weduwe Julia Halévy-Lowy liet in 1935-1936 op haar beurt door Moëd een complex van twee appartementsgebouwen optrekken in de Rubenslei. Kort daarna ontwierp de architect voor de weduwe Joseph Halévy, die sinds de voltooiing zelf een appartement betrok in haar eigendom in de Consciencestraat, nog een tweede, vandaag verdwenen appartementsgebouw op de hoek van de Lange Herentalsestraat (voorheen nummer 126) en de Van Leriusstraat. Beide waren bedoeld als vastgoedinvestering.
Het appartementsgebouw is representatief voor het type flatgebouw, waar de Joodse architect David Moëd zich tijdens de jaren 1930 in het bijzonder op toelegde. Zijn loopbaan ging vermoedelijk in 1928 van start, maar werd abrupt afgebroken door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Hij wist in mei 1940 met vrouw en kinderen bezet Europa te ontvluchten, dankzij een irregulier visum verstrekt door de Portugese consul in Bordeaux. Zij vestigden zich in de Verenigde Staten, waar David opnieuw een architectenpraktijk uitbouwde. Moëd overleed in 1991 in Israël. Van zijn hand zijn in Antwerpen een vijftiental appartementsgebouwen gekend, veelal voor Joodse opdrachtgevers, met als belangrijkste de complexen van de maatschappijen L'Immobilière Franco Anversoise en Boduognat aan de Belgiëlei, respectievelijk ontworpen in 1934 en 1935. Zijn architectuur onderscheidt zich door een ingehouden modernisme, met een verzorgde afwerking en een discrete ornamentiek in art-decostijl. De ruime en comfortabele appartementen bestemd voor de welstellende middenklasse of burgerij, doorgaans twee per verdieping, beantwoorden aan een conventioneel schema, voorzien van eigentijds comfort en uitgerust voor inwonend personeel.
Het appartementsgebouw met een gevelbreedte van drie traveeën, telt zes bouwlagen onder een plat dak. Opgetrokken met een structuur van gewapend beton, heeft de voorgevel een parement uit Dura-kunststeen in combinatie met rood baksteenmetselwerk. De compositie is volkomen symmetrisch van opbouw, met een inkomportaal in de middentravee. Over de volledige hoogte opgevat als een driezijdige erkerpartij, vertoont de bovenbouw een nadrukkelijk horizontale registerindeling, afgewerkt met een kroonlijst. Het oorspronkelijk houten vensterschrijnwerk is grotendeels vernieuwd, met behoud van de bewerkte hoekkolommen. Van het fraaie art-deco-ijzersmeedwerk zijn enkel de vensterborstweringen en keldertralies bewaard, de inkomdeuren helaas niet.
De L-vormige plattegrond groepeert twee appartementen van ongelijke grootte en indeling rond het centrale trapenhuis met lift. Beide bestaan uit een suite van salon en eetkamer aan de straat, een keuken met terras, een meidenkamer en badkamer in het middengedeelte. Het kleine linker appartement telt twee slaapkamers, waarvan de kleinste zich aan de straatzijde bevindt en de grootste over een terras beschikt. Gelijkvloers boet dit appartement aan ruimte in door de inkomhal. Het langgerekte rechter appartement omvat drie slaapkamers, de twee kleinste met een driezijdige erker en de grootse met een hoekraam en terras. Gelegen in de achterbouw aan het binnenplein, worden deze volgens een destijds conventioneel schema ontsloten door een lange gang. Een dakpaviljoen herbergt de machinerie van de lift en een bergplaats.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2013: Appartementsgebouw in art-decostijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/143827 (geraadpleegd op ).
Interessant flatgebouw van zes bouwlagen naar ontwerp van D. Moëd, van 1934; begane grond met parement van natuursteen en centrale inkom; bakstenen bovenbouw gemarkeerd door kolossale erker met afgeschuinde zijkanten; borstweringen bekleed met natuursteen; metalen vensterleuningen in art deco.
Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Appartementsgebouw in art-decostijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/6642 (geraadpleegd op ).