Meergezinswoning in eclectische stijl gebouwd in opdracht van Isidore Jacob Boutems, naar een ontwerp door de architect Charles Wuyts uit 1912. De Naamlooze Maatschappij "Berchemsche Bouwhandel", een bouwbedrijf, hypotheek- krediet- en spaarkas, stond in voor de bouw. Tot het oorspronkelijke bouwprogramma behoorde een achterliggende overdekte binnenplaats onder een dakspant uit ijzer en glas, en een ruime werkplaats met ijzeren structuur en centrale vide van twee, mogelijk drie bouwlagen onder een plat dak. In 1914 liet Boutems door bouwmeester-aannemer Romain Smets achter de rechts aanpalende woning een rijschool met piste voor ruiters en een speelzaal optrekken. Later dat jaar voegde aannemer Louis Mason-Thys paardenstallen met een tiental boxen toe tussen het hoofgebouw en de overdekte binnenplaats. De overdekte binnenplaats, de werkplaats, de rijschool en de paardenstallen zijn inmiddels verdwenen.
Het complex Boutems is representatief voor de vroege realisaties van de bouw- en hypotheekmaatschappij "Berchemsche Bouwhandel", met maatschappelijke zetel aan het Frederik de Merodeplein, waaraan Charles Wuyts sinds de oprichting in 1909 als architect verbonden was. De architectuur is verwant met de de talrijke burger- of opbrengsthuizen die in de jaren vóór de Eerste Wereldoorlog tot stand kwamen. De maatschappij was in de jaren 1910 tot 1930 vooral actief met de bouw van rijwoningen in de wijk Zurenborg, en de gemeenten Berchem en Borgerhout.
Met een gevelbreedte van vijf traveeën, omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een pseudo-mansarde. De lijstgevel heeft een parement uit roomkleurige Silezische brikken, geaccentueerd door rode en zwarte baksteen voor speklagen, ontlastingsbogen en de fries. Witte natuursteen is gebruikt voor de puilijst, balkons, vensterposten, hoekblokken, entablementen, sluitstenen en onderdorpels, en blauwe hardsteen voor de plint en lekdrempels. Geleed door de puilijst en symmetrisch van opzet, legt de compositie de klemtoon op de drie traveeën brede middenpartij. Deze wordt op begane grond en eerste verdieping gemarkeerd door drielichten en een balkon met consoles, waarvan de balustrade is verwijderd. Het portaal en de inrijpoort, en Franse balkons met gebuikte ijzeren borstwering, accentueren de zijtraveeën. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantiedchema, met registers van korf- en steekbogige vensteropeningen. Een houten kroonlijst op fijne consoles, boven een baksteenfries in dambordpatroon, vormt de gevelbeëindiging; dakkapellen met driehoekig fronton. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters is bewaard, de inrijpoort volgens de bouwplannen met art-nouveau-smeedwerk is vernieuwd.
De plattegrond beantwoordt volgens de bouwplannen aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal. Met de koetspoort in de rechtertravee, beslaat een enfilade van salon, eetkamer en veranda de begane grond, geflankeerd door de keuken annex pomphuis en wc in de achterbouw. De eerste verdieping vormt een autonoom appartement, dat eveneens uit een salon, eetkamer en veranda met bovenlicht bestaat, twee slaapkamers waarvan een met balkon, een badkamer en keuken annex pomphuis en wc in de achterbouw. Op de tweede verdieping bevinden zich vier slaapkamers en een badkamer, vermoedelijk horend bij het gelijkvloerse appartement; het dakniveau herbergt vijf marsardekamers.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2016: Meergezinswoning in eclectische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/194220 (geraadpleegd op ).
Vrijwel symmetrisch opgebouwd complex van vijf traveeën en drie bouwlagen onder pseudo-mansardedak (kunstleien); eclectische stijl met neoclassicistische inslag, van circa 1910. Gele bakstenen lijstgevel met sober gebruik van natuursteen op hoge sokkel van arduin. Middentraveeën gemarkeerd door breed bel-etagebalkon op voluutconsoles; gekoppelde vensters, op de begane grond met pilastervormige stijlen en blind boogveld met palmet, op de verdiepingen met smalle waterlijst op uitgelengde consoles. Nauwelijks geprononceerde zijrisalieten, respectievelijk met deur en poort, met paneelversiering op de tweede bouwlaag, ondiep balkon met gebogen ijzeren leuning op de derde. Houten kroonlijst op gekoppelde en uitgelengde consoles.
Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Meergezinswoning in eclectische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/6853 (geraadpleegd op ).