Teksten van Geheel van twee gekoppelde burgerhuizen

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/6965

Geheel van twee gekoppelde burgerhuizen ()

Geheel van twee gekoppelde burgerhuizen in eclectische stijl, naar een ontwerp door de architect Jan De Vroey uit 1908. Opdrachtgever was Henri De Vroey (1871-1919), de één jaar oudere broer van de architect, een handelaar in granen gehuwd met Maria De Rijck. Na zijn overlijden kwamen beide panden in het bezit van de aanpalende Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen, de latere Lessius Hogeschool. Deze liet in 2004 achter het behouden gevelfront een nieuwbouwcomplex optrekken.

Het bescheiden vastgoedproject behoort tot het vroege oeuvre van Jan De Vroey, die midden jaren 1890 zijn loopbaan aanvatte. In deze periode bediende hij zich voor zijn residentiële architectuur zowel van het conventionele neoclassicisme, het eclecticisme, als de art nouveau. Kort vóór de Eerste Wereldoorlog bracht de architect de neogotische Sint-Hubertuskerk te Berchem tot stand. Actief tot zijn overlijden in 1935, ontwierp hij tijdens het interbellum zowel in de klassieke beaux-artsstijl, als de meer eigentijdse art deco.

Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvatten de rijwoningen drie bouwlagen onder een pseudo-mansarde. Gekoppeld volgens spiegelbeeldschema, kreeg het gevelfront een uniforme behandeling. De lijstgevels hebben een parement uit geel baksteenmetselwerk in kruisverband, geaccentueerd door rode en zwarte baksteen voor ontlastingsbogen en de fries. Witte natuursteen is gebruikt voor speklagen, lateien, hoekblokken en imposten, blauwe hardsteen voor de plint, puilijst en lekdrempels. Geleed door de puilijst, legt de compositie telkens de klemtoon op de middenas. Deze wordt gemarkeerd door een balkon met consoles en smeedijzeren borstwering, en overhoekse fialen die oplopen tot de consoles van de kroonlijst. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van achtereenvolgens korfbogige, rechthoekige en rondbogige muuropeningen, de bovenvensters gevat in oplopende spaarvelden met doorgetrokken imposten. De vandaag blinde borstweringen van de tweede verdieping, waren oorspronkelijk vermoedelijk versierd met sgraffito- of mozaïekpanelen. Een houten kroonlijst centraal op consoles, vormt de gevelbeëindiging. Vernieuwd schrijnwerk, behouden smeedijzeren keldertralies en gietijzeren voetschrapers.

De plattegronden beantwoordden oorspronkelijk aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal. Volgens de bouwplannen beslaat de gebruikelijke enfilade van salon, eetkamer en veranda de begane grond, geflankeerd door de keuken annex pomphuis en wc in de achterbouw.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1908#512.

Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2017: Geheel van twee gekoppelde burgerhuizen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/194562 (geraadpleegd op ).


Burgerhuizen in spiegelbeeld ()

Identieke, in spiegelbeeld gebouwde enkelhuizen van drie traveeën en drie bouwlagen onder pseudo-mansardedak, uit begin 20ste eeuw. Gele, bakstenen lijstgevels met markant centraal balkon. Verticaal accent door lisenen uitlopend op sierlijke consoles onder houten kroonlijst. Per bouwlaag respectievelijk getoogde, rechthoekige en rondbogige vensters.


Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Geheel van twee gekoppelde burgerhuizen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/6965 (geraadpleegd op ).