Burgerhuis in Louis-Philippestijl gebouwd in opdracht van de advocaat Gilbert Joseph Domus, naar een ontwerp door Frans J.H. Bex uit 1857. Het gebouw is representatief voor het rijpe oeuvre van de architect, die verbonden was aan het Bestuur der Burgerlijke Godshuizen. Over de bouwprojecten die hij in deze functie tot stand bracht is weinig bekend. Als privé-architect realiseerde hij met name tijdens de jaren 1850 enkele voorname neoclassicistische woningen, en voerde verbouwingen uit aan meerdere van de meest prestigieuze patriciërswoningen in de stad.
Rijwoning met dubbelhuisopstand van vier traveeën, twee bouwlagen en een mezzanine onder een zadeldak (nok parallel aan de straat, pannen). De bepleisterde en beschilderde lijstgevel rust op een plint uit blauwe hardsteen. Horizontaal geleed door de puilijst, legt de compositie de klemtoon op de tweede travee. Deze wordt gemarkeerd door het inkomportaal, gevat in een omlijsting met neuten en ingediepte posten uit blauwe hardsteen. Het gebogen, hardstenen balkon erboven, heeft bewerkte voluutconsoles en een geajoureerde borstwering met entrelacs uit witte natuursteen. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen met afgeronde bovenhoeken. Deze hebben geprofileerde dagkanten, natuurstenen rolwerksleutels met vruchten, individuele, hardstenen lekdrempels, en op de bovenverdieping gietijzeren parapetten. De gevelbeëindiging bestaat uit een gelede architraaf, een mezzanine met omlijste ovale openingen en een houten kroonlijst op klossen. Bewaarde houten inkomdeur en gietijzeren voetschraper.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1857#753.