Zogenaamd Hoeve Scoone Heide, confer naambord bij de erftoegang. Deze hoevenaam heeft mogelijk historische wortels: in het verkoopsdocument van het Marchiennegoed (confer Sint-Corynstraat nummer 2) in de Franse periode is namelijk sprake in artikel 7 van "Neuf mesure quatre vingt verges de bois nommé Schoonenheyde al' est le heydebilck (...)".
Licht achterin gelegen historische hoeve met lage losse bestanddelen in U-vormige opstelling. Als omwalde site reeds aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778). Een poortdoorgang uit de jaren 1920 geeft het geheel echter een meer gesloten karakter. Vanaf 1837 is de hoeve eigendom van de Brusselse familie de Theux de Meylandt, vanaf 1924 van de Antwerpse familie De Brouchoven de Bergeyck.
Het boerenhuis ten noorden van het erf en een deel van de stalling ten oosten ervan zijn reeds aangeduid op het primitief percelenplan (1835), ook een omwalling ten noorden en ten westen is aangeduid. In 1879 wordt de stalling aanzienlijk uitgebreid, een deel van de omwalling wordt gedempt. In 1928 wordt de stalling nogmaals uitgebreid in zuidelijke richting. De stalling ten zuiden van het erf wordt blijkens de mutatieschetsen pas gerealiseerd tussen 1928 en 1941.
Ten noorden van het erf, boerenhuis met 18de-eeuwse kern confer onder meer de dakhelling, de opkamer, de aandaken met vlechtingen en de deels bewaarde kozijnconstructies (kloosterkozijnen, bolkozijnen voor de kelderramen). Bewaarde interieurindeling en -elementen: bewaarde moerbalken met geprofileerde sloffen en kapconstructie.
De stal ten oosten van het erf werd in de loop van de 19de eeuw meerdere malen uitgebreid en dat is herkenbaar in de binnenstructuur, een vroegere zijgevel draagt de cijfers "(1)87." (?) in donkere baksteenkoppen. De oorspronkelijke linker zijgevel is afgewerkt met vlechtingen.
Bij deze stal leunt een poortdoorgang met trapgevel uit de jaren 1920 aan, hierin is een arduinen schild verwerkt mogelijk verwijzend naar een adellijke eigenaarsfamilie.
Ten zuiden van het erf, bewaard wagenhuis, mogelijk als restant van schuur. In de zijgevels jaartal "1843" waarboven hartvormig metselaarsteken in baksteenkoppen. Dichtgemetselde poortdoorgang waarboven roodgeschilderde beplanking (in de regel Romeinse cijfers als referentiepunt voor de stijlen).
- Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, mutatieschetsen nr. 207, schets nr. 1879/53, 1928/96 en 1941/41.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, primitief percelenplan.
- Rijksarchief Brugge, Frans Fonds, Plakbrieven bundel 626 (arrondissement Ieper), plakbrief nr. 43.