Café Luminor ()

Breedhuis met bewaard café-interieur, eenvoudige lijstgevel met negentiende-eeuws uitzicht, gemarkeerd door een fraaie pui in art-decostijl uit het interbellum.

HISTORIEK

Vermoedelijk 19de-eeuws woonhuis dat net na de Eerste Wereldoorlog omgevormd werd tot café. In de jaren 1930 werden de pui en het interieur aangepast in art-decostijl.

Het kadasteronderzoek is niet duidelijk over de bouwdatum van het pand. Er worden geen volledige herbouwingen geregistreerd in de 19de eeuw, de voetafdruk van het pand dat afgebeeld staat op de 19de-eeuwse Popp-kaart zal niet meer wezenlijk wijzigen tot vandaag. Op basis van het uitzicht wordt er dan ook vanuit gegaan dat het gebouw dateert uit de eerste helft van de 19de eeuw, waarbij een oudere kern niet uitgesloten wordt. Het pand was tussen 1843 en 1910 eigendom van de beenhouwers Josephus De Muylder en Jacobus Vanderheyden. In 1910 wordt het gebouw eigendom van de familie Xantipe, die geregistreerd staat als wissel- en verzekeringsagent.

In 1919 wordt het pand verkocht aan Henricus Meeus die gehuwd was met één van de dochters Xantipe. Hij vraagt en krijgt een bouwvergunning om het huis te verbouwen tot een handelszaak met winkelpui in art-nouveaustijl. Het is de weduwe van Henricus Meeus-Xantippe, die vermoedelijke een grondige verbouwing van het pand doorvoert waardoor het kadasterarchief in 1931 een ‘geheele herbouwing’ registreert. Het register van de bouwaanvragen van de Stad Vilvoorde vermeldt het afleveren van een bouwvergunning in 1931 aan weduwe Meeus. Het is duidelijk dat minstens de benedenverdieping grondig verbouwd werd door het plaatsen van de cafépui met twee flankerende deuren. Vermoedelijk werd samen met de cafépui ook het huidige caféinterieur aangebracht.

Van het gebouw bestaan postkaarten van omstreeks 1906, waarop de oude gevel nog zichtbaar is, en van na 1931. Op die laatste postkaart staat ook een grote luifel afgebeeld over het terras die ook op een foto uit 1952 voorkomt. In de literatuur werden verschillende foto’s van het café afgedrukt. In 1931 was de bovenbouw in zijn originele 19de-eeuwse staat bewaard gebleven met zowel vensters op de bovenverdieping als op de zolderverdieping en met een afboordende waterlijst. Vermoedelijk werd in de tweede helft van de 20ste eeuw het dakvolume hersteld en de kroonlijst gerenoveerd. Daarbij werden de zoldervensters gedicht en verborgen achter een pleisterlaag.

BESCHRIJVING

Café Luminor is een gepleisterd en geschilderd pand van drie traveeën en twee bouwlagen onder een pannen zadeldak met een nok evenwijdig aan de straat. De lijstgevel heeft op de gelijkvloerse verdieping een cafépui, geflankeerd door twee rechthoekige deuren.

De drie muuropeningen op de gelijkvloerse verdieping zijn opgevuld met schrijnwerk dat uit het interbellum dateert. Links in de gevel staat een dubbelvleugelige deur met een bovenlicht. De deurbladen zijn gevuld met structuurglas terwijl het bovenlicht dat onderverdeeld is door kleinhoutverdelingen opgevuld werd met glas in lood in art-decostijl. Het gebogen middendwarsstuk is gedecoreerd met een gesculpteerde lijst. De cafépui is driedelig met een centrale deur, geflankeerd door twee vitrines met guillotineramen en bovenlichten. De vitrine wordt omlijst door een licht uitspringende bovenbouw, die steunt op vier sober en strak vormgegeven houten pilasters met art-decoversiering. De vitrines en de deur hebben net als de zijdeuren gebogen middendwarsstukken met identieke decoratie en ze zijn maximaal beglaasd. De onderzijde van de vitrine bestaat uit een houten kaderwerk op een houten plint, opgevuld met rechthoekige panelen, met daarboven helder glas. De bovenlichten werden ingevuld met rijkelijk vormgegeven glas in lood in art-decostijl. Centraal in de bovenlichten steekt gebrandschilderd glas met bloemen- en landschapsmotieven. Rechts van de pui bevindt zich een enkele, deur met gelijkaardige vormgeving zoals het andere schrijnwerk. Centraal in de deur een ovaalvormige oculus met structuurglas. Het bovenlicht bestaat uit helder glas. Op de bovenverdieping steken drie rechthoekige vensters met neoclassicistische gietijzeren parapets met bazuinende engelen of godinnen en centraal een gevleugelde leeuw met fruitmand. In het bovenste register van de borstweringen zitten zes achtpuntige sterren. Het schrijnwerk van de bovenverdieping werd vernieuwd met respect voor de historische raamverdeling en gebruik makend van structuurglas.

Tegen de achterwand van het café staat de toog, geflankeerd door twee deuren die toegang geven tot achterliggende nutsruimtes. Het interieur werd tijdens het interbellum, wellicht tussen 1930 en 1938, ingericht met een houten omlopende lambrisering met banken met lederen bekleding en bovenaan afgewerkt met een lijst. De lambrisering bestaat uit stijl- en regelwerk met een gebogen bovendwarsstuk en boven de rugleuningen ingevuld met spiegels. De drieledige toog is belegd met fineerhout en heeft centraal een ovaalvormige decoratie. Het meubel is voorzien van een koperen voetsteun op de vloer en een armleuning met art-nouveau-inslag aan de bovenzijde. Achter de toog staat het glazenrek met centraal een spiegel, geflankeerd door glazenkastjes. De deurtjes werden opgevuld met koperen roeden en geslepen helder glas. Het meubel wordt bovenaan afgesloten met een fries uit marqueterie en centraal de plaats voor een ronde klok. Op de glazenkast een vast bevestigde kurkentrekker. De toog, lambrisering met banken en de tafeltjes werden ingelegd met eenzelfde marqueterie van hout en op de toog en de tafeltje ligt hetzelfde roze marmer.

  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, mutatieschetsen en mutatiestaten Vilvoorde, afdeling II (Vilvoorde), 1843/8 & 1865/15, 1931/25.
  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, leggers Vilvoorde, afdeling II (Vilvoorde) artikels 146, 666, 2718 en 5000.
  • Stadsarchief Vilvoorde, Bouwaanvragen, klassement 6 3206/29.
  • Stadsarchief Vilvoorde, Register van de bouwaanvragen, 1931.
  • Atlas Cadastral Parcellaire de la Belgique, Philippe-Christian Popp, uitgegeven in 1842-1879, schaal 1:5000.
  • CALDERON A. 1993: Historiek der straten van Vilvoorde, Leuven, 117-121.
  • CORNUT R. & WAEYENBERGH R. 2004: De Vilvoordse drankslijterijen vroeger en nu, Vilvoorde, 23-28.

Auteurs:  Mertens, Joeri
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Café Luminor [online], https://id.erfgoed.net/teksten/297645 (geraadpleegd op ).


Schuin ingeplante stadswoning ()

Schuin ingeplant breedhuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder pannen zadeldak. Eenvoudige, bepleisterde lijstgevel met negentiende-eeuws uitzicht, gemarkeerd door een fraaie pui in art-decostijl met kleurrijk glas in lood, uit het interbellum; rechthoekige deur qua uitzicht aansluitend bij de pui.

Sobere, rechthoekige bovenvensters voorzien van ijzeren hekjes met bazuinende engelen. Bewaard café-interieur.


Bron: KENNES H. met medewerking van STEYAERT R. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Gemeente Vilvoorde, Deelgemeenten Vilvoorde en Peutie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB1, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Café Luminor [online], https://id.erfgoed.net/teksten/70397 (geraadpleegd op ).