Teksten van Twee burgerhuizen in neo-Vlaamserenaissance-stijl

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/7075

Twee burgerhuizen in neo-Vlaamserenaissance-stijl ()

Geheel van oorspronkelijk drie burgerhuizen in neo-Vlaamserenaissance-stijl, naar ontwerpen door de architect Eugène Geefs. Als eerste kwamen in 1884 de panden nummer 57 en 59 tot stand, in opdracht van de hoogbejaarde vader van de architect, de beeldhouwer Joseph Germain Geefs (1808-1885), die een jaar later zou overlijden. Het betreft de vroegst gekende zelfstandige realisatie van de toen 31-jarige Geefs. In 1887 volgde het aanpalende pand nummer 61, in opdracht van Gustave Georges Geefs (1854-1933), de jongere broer van Eugène en zelf beeldhouwer zoals hun vader. Of deze woningen voor eigen gebruik of als investering in vastgoed bedoeld waren is niet bekend. Het middelste pand van de drie, nummer 59, werd gesloopt voor een nieuwbouwflat in 1968.

Het ensemble behoort tot het vroege oeuvre van Eugène Geefs, die vermoedelijk met het vastgoedproject van vader Joseph Germain Geefs debuteerde als zelfstandig architect, en actief was tot zijn overlijden in 1925. Omstreeks 1890 realiseerde hij een bescheiden reeks woningen voor de Société Anonyme pour la construction de maisons bourgeoises in de wijk Zurenborg. Tot zijn belangrijkste vroege werken behoort het verdwenen Tolhuis, dat Geefs samen met Joseph Schadde ontwierp. De neo-Vlaamserenaissance-stijl paste de architect na 1900 nog toe voor twee kastelen in opdracht van de grafelijke familie Moretus Plantin de Bouchout, "Klaverblad" te Wilrijk en "Rodenburg" te Hove.

Nummer 57

Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvat de rijwoning een souterrain en drie bouwlagen onder een zadeldak. De lijstgevel heeft een parement uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, overvloedig verwerkt met witte natuursteen voor speklagen, lateien, diamantkoppen, bewerkte borstweringen en consoles, en blauwe hardsteen voor de plint,kordonlijsten en lekdrempels. Horizontaal geleed, is de opstand opgebouwd uit registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen met een door diamantkoppen geaccentueerde ontlastingsboog. Een klassiek hoofdgestel met houten kroon- en tandlijst op consoles vormt de gevelbeëindiging. De getrapte dakkapel in metselwerk die oorspronkelijk de middenas accentueerde, werd bij een recente renovatie verwijderd. De houten inkomdeur is evenals de smeedijzeren traliewerk van het souterrain en de gietijzeren voetschraper bewaard; het vensterschrijnwerk is vernieuwd.

Het aanpalende nummer 59, eveneens met drie traveeën en drie bouwlagen, had een gelijkaardige opstand zonder souterrain, bepaald door drielichten op de bovenverdiepingen, en een breed, getrapt dakvenster.

Nummer 61

Met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën, omvat de rijwoning en souterrain en twee bouwlagen onder een mansardedak. De trapgevel met schouderstukken is opgetrokken uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, geaccentueerd door zwarte baksteen in de ontlastingsbogen, speklagen en mozaïeken van friezen, borstweringen en boogvelden. Witte natuursteen is gebruikt voor de puilijst, speklagen, negblokken, vensterposten, het topstuk, sluit-, jaar- en dekstenen, blauwe hardsteen voor de verdwenen plint en de lekdrempels. De eerste verdieping wordt gemarkeerd door een breed drielicht met wortelpilasters, onder een korfboogveld. Jaarstenen ANNO 1887 flankeren het venster in de geveltop, die wordt belijnd door een overhoekse tandfries. Door de verbouwing van het souterrain en de onderste helft van de begane grond tot garage, verdween het oorspronkelijke inkomportaal met entablement.

Beide rijwoningen beantwoorden aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1884#1078 en 1887#1021.

Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2016: Twee burgerhuizen in neo-Vlaamserenaissance-stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/188429 (geraadpleegd op ).


Burgerhuis ()

Nummer 61. Diephuis in neo-Vlaamserenaissance-stijl van drie bouwlagen en top onder leien zadeldak, gedateerd 1887. Bakstenen trapgevel (7 treden en bolornament) met kordons, banden en diamantkoppen. Rechthoekige en segmentboogvensters.


Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Twee burgerhuizen in neo-Vlaamserenaissance-stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/7075 (geraadpleegd op ).