Afgelegen van de weg, en er door een privé-weg mee verbonden. Hoeve met oude vestiging, voor het eerst vermeld in 1669. Een Goden Dijckx wordt vermeld in 1570. Aangeduid op de Ferrariskaart (1771-77) en in de Atlas van de Buurtwegen (1845), in beide gevallen als een langgestrekte hoeve. Thans hoeve met losstaande bestanddelen. Naar verluidt dateert het huidige woonhuis van 1902, de aansluitende stal/schuur van 1911; het dak van het woonhuis kreeg zijn huidige vorm in 1948, en het gebouw werd gerestaureerd in 1984.
Het hoofdgebouw is een langgestrekte hoeve met ordonnantie: stal-dwarsschuur-stal-woonhuis. Bakstenen gebouw van één bouwlaag onder zadeldak (dienstgedeelte, mechanische pannen) en geknikt zadeldak (woonhuis, kunstleien). Gecementeerde plint. Muizentandfries en dropmotief onder de dakrand. Smeedijzeren muurankers met krullen. Het woonhuis is een dubbelhuis van vijf traveeën. Opkamer met twee keldervensters in de derde travee aan erfzijde. Getoogde muuropeningen; verschillende verbouwingen. Lage stalpoorten onder gebogen houten latei. Rechthoekige schuurpoort onder houten latei.
Dienstgebouw met dwarsschuur en stallen tegenover het woonhuis, uit het eerste kwart van de 20ste eeuw. Bakstenen gebouw onder zadeldak (mechanische pannen). Rechthoekige schuurpoort onder houten latei. Aangepaste stalpoorten.
CEYSSENS K., meegedeelde gegevens, 2001.
MOLEMANS J., Limburgse plaatsnamen, 1: Kaulille, (Onomastica neerlandica, editor Instituut voor naamkunde), Leuven, 1973, pagina's 31, 37.
Bron: SCHLUSMANS F. 2005: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Maaseik, Kantons Bree - Maaseik, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 19n1, Brussel - Turnhout. Auteurs: Schlusmans, Frieda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)