erfgoedobject

Duitse militaire begraafplaats Menen-Wald

bouwkundig element
ID
71020
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/71020

Juridische gevolgen

Beschrijving

Duitse militaire begraafplaats, gelegen langs de Groenestraat (grondgebied Menen) en de Kruisstraat (grondgebied Wevelgem).

Historiek

Menen bevond zich van half oktober 1914 tot half oktober 1918 onder Duitse bezetting. Tijdens de oorlog werd de gemeente ingeschakeld in het Etappengebiet, het gebied van waaruit de aangrenzende frontzone (Operationsgebiet) werd bevoorraad. Er werden heel wat Duitse militaire voorzieningen ingericht, waaronder militaire keukens en bakkerijen, munitiedepots, pioniersparken, vliegvelden enzovoort. Er werden eveneens veldhospitalen ingericht, zoals in het Sint-Aloysiuscollege op de Groentemarkt. Tot in 1917 werden de Duitse, maar ook Britse of Franse gewonden, die in een hospitaal in Menen overleden, begraven op de gemeentelijke begraafplaats. In het totaal zouden er hier tijdens de oorlog 632 Duitsers begraven worden, verspreid over de begraafplaats. In 1928-1930 werden deze graven verzameld op een apart ereperk. Later zouden ze herbegraven worden op de Duitse verzamelbegraafplaats, die oorspronkelijk met 'Ehrenfriedhof Meenen-Wald nummer 62' aangeduid werd.

De begraafplaats bij het 'Meenen Wald' werd aangelegd vanaf 1917, vermoedelijk naar aanleiding van de Derde Slag bij Ieper in juli - november 1917. Tegen het einde van de oorlog lagen er een 2.500-tal Duitsers begraven. In de eerste naoorlogse jaren werden nog Duitse graven toegevoegd uit Duitse begraafplaatsen bij Izegem, Moorsele en Rollegem-Kapelle en uit verschillende gemeentelijke begraafplaatsen in de regio. Zodoende lagen er 6.409 Duitsers begraven. 'Meenen-Wald' was toen qua oppervlakte de grootste Duitse begraafplaats in België.

In 1929-1930 werd de begraafplaats aangelegd door de Amtlicher Deutscher Gräberdienst. De begraafplaats werd aangelegd als een Rasenfriedhof, een begraafplaats aangelegd als een grasveld. De begraafplaats bestond uit lange rijen zwarte grafkruisen tussen populieren. In de loop van de jaren kwamen er eiken, kastanjes en haagbeuken bij. Aan de ingang waren rododendronstruiken aangeplant, terwijl het terrein werd omzoomd door een gracht en wintergroen struikgewas. Vóór de heraanleg van de jaren ’50 was bij de ingang een muur uit groene zandsteen opgetrokken, met een ingangsdeur uit Fischeisenstäbe.

Toen in 1954 besloten werd om het aantal Duitse begraafplaatsen van de Eerste Wereldoorlog te reduceren tot vier verzamelbegraafplaatsen, werd de begraafplaats van Menen uitgebreid met zo’n 40.000 geïdentificeerde doden, afkomstig uit een vijftigtal kleinere begraafplaatsen. Deze begraafplaatsen staan vermeld op de liggende stenen bij het centrale paviljoen. Het gaat om:

Anzegem, Ardooie-Bergmolen, Beselare – In de Ster, Beselare – Molenhoek, Beselare – Kirche, Beselare – Zwaenhoek, Beselare – Hollebosch, Beveren-Roeselare, Dadizele – Klephoek, Dranouter – Donegal Ferme, Geluwe – Koelberg 58, Geluwe – Koelberg 59, Geluwe – Ter Hand, Geluwe – Mühle, Gullegem, Heule, Hollebeke – Kasteelhoek, Hollebeke – Dreihäuser 219, Hollebeke – Dreihäuser 126, Hollebeke – Gemeindefriedhof, Houthem 87, Houthem – Kortewilde, Klerken – Pierkenshoek, Klerken – Houthulsterwald, Komen – Gemeindefriedhof, Komen – Zandvoorde – Kruiseik, Komen – Ten Brielen – Hoogebosch, Kortrijk – St-Jan, Lauwe, Ledegem, Ledegem – St. Pieter, Marke, Meenen – Gemeindefriedhof, Meenen-Wald, Moorsele, Passendale – Keerselaarshoek, Poelkapelle nr. 111, Poelkapelle nr. 113, Poelkapelle – Dorf, Roeselare, Roeselare – De Ruyter, Rumbeke – Bergmolen, Voormezele – Gemeindefriedhof, Waasten – Explosionsstelle, Waasten – Zuckerfabrik, Wervik – Amerika, Wervik – Geluwe – Nachtegale, Wervik – Nord, Wijtschate – Oosttaverne, Winkel – St.Elooi, Zonnebeke – Broodseinde 107, Zonnebeke – Broodseinde 103.

De doden die reeds op deze begraafplaats lagen, werden herbegraven in perk M. De doden van de gemeentelijke begraafplaats van Menen werden herbegraven in perk H. Op elk perk werd in 1958/1959 een groepje van drie symbolische kruisjes uit basaltlava geplaatst. De graven werden gemarkeerd door koperen plaatjes. In 1958/1959 werd de ontvangstruimte en het mausoleum opgetrokken, onder leiding van de Duitse architect R. Tischler.

Oorspronkelijk was er aan de noordwestrand van de begraafplaats, in het verlengde van de as toegang – mausoleum (centrale kapel), een ‘aha’ geconcipieerd: een doorkijkplaats in de begroeide rand van de begraafplaats. Een opvangplaats voor water met licht stijgend talud vormde er de begrenzing.

De groepjes met drie basalten kruisjes werden later gereduceerd tot twee kruisen. In de jaren ‘70 werden de graftekens vervangen door liggende tegels, die in 1991 vervangen werden.

Volgens de beheerder, de Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge e.V. liggen er in het totaal 47.911 doden begraven (toestand 27 juli 2020). Zodoende is dit de grootste Duitse militaire begraafplaats in België.

Beschrijving

Begraafplaats met een onregelmatige veelhoek als grondplan en een oppervlakte van bijna drie hectare, omgeven door een breukstenen muur aan straatzijde. Vóór de ingang is een parking aangelegd. Aan de noord- en westkant vormt een beek de afbakening, aan de oostkant een haag. Deze worden grotendeels voorafgegaan door een groenscherm, met onder meer rododendron, haagbeuk en kornoelje.

Toegangsgebouw uit rode baksteen met zadeldak, met verschillende ruimtes (met onder meer toilet, bezoekersboek en register) en een rondbogige doorgang opzij, aan straat afgesloten door een kunstig smeedijzeren hekken, die via een geplaveid pad uitkomt op het paviljoen centraal op de begraafplaats.

Centrale kapel met achthoekig grondplan, opgebouwd uit zware, bruinroze zandstenen blokken, afgewisseld met muurvlakken en lisenen en afgedekt met een pannendak. Voorstelling van een zwevende engel met bazuin en een ster achter zich op de gebeeldhouwde architraaf boven de rechthoekige ingang. Op de achterzijde is een groot kruis in reliëf ingemetseld.

Binnen ondersteunt een achthoekige zuil uit gepolijste hardsteen een kruisgewelf uit rode baksteen. De pilaar heeft neo-Byzantijnse en neoromaanse motieven, waaronder vier leeuwen op het motief van een Grieks kruis. De vloer bestaat uit een patroon van gehalveerde keien en blokjes rode zandsteen. Tegen de muren hangen donkergrijsgroene mozaïeken met de volgende religieuze voorstellingen in goudkleur op de panden, die van mekaar gescheiden zijn door pilasters:

  • Pand 1: toegang
  • Pand 2: het I.H.S.-monogram, een kruis met gestileerde vissen en een druivenrank, vier duiven, gestileerde boom (telkens een andere gestileerde boom; komt ook voor op pand 4, 6 en 8, waardoor ze samen kunnen verwijzen naar de vier seizoenen)
  • Pand 3: raam omranding, bekleed met goudkleurige mozaïek; schrijn in edelmetaal met registers
  • Pand 4: Christusmonogram, het Hemelse Jeruzalem, vier engelen, gestileerde boom
  • Pand 5: Christus aan het kruis
  • Pand 6: Christusmonogram onder vorm van een ster. Het centrale Christusteken wordt omringd door de ‘tetramorf’, dit zijn de vier evangelisten onder de vorm van een leeuw (= Marcus), een engel (=Mattheus), een os (=Lucas) en een adelaar (=Sint-Jan); onderaan gestileerde boom
  • Pand 7: raam omranding, bekleed met goudkleurige mozaïek; schrijn in edelmetaal met registers
  • Pand 8: behalve de gestileerde boom ook een wijnkelk met druiventrossen, gestileerde korenaren, een lam als symbool voor Christus (het Lam Gods), het alfa- en omegateken (symbool voor het begin en einde)

Rondom de kapel stenen staan zerken met daarop in smeedijzeren letters en alfabetisch de namen van de begraafplaatsen die naar hier werden overgebracht (van Anzegem tot Zonnebeke). Op de eerste tafel: "DIESE TAFELN TRAGEN DIE NAMEN DER GRÄBERSTÄTTEN, VON DENEN SIE KAMEN NACH MEENEN-WALD. SCHLACHTFELD – SOLDATENGRAB – NIMMT GOTT IN DIE HÄNDE UND SEIN SIEGEL BLEIBT DORT BIS ZUR ZEITENWENDE."

Op de begraafplaats, die aangelegd is in een grasveld en bestaat uit vijftien perken – telkens zes rijen breed en dertig rijen ver – liggen vierkante, platliggende granieten tegels, met een grafnummer en maximaal twintig namen van militairen erin gegrift, evenals rang (of soort militair) en sterfdatum. Aan de zijkanten staan enkele oudere grafstenen, ooit door familie of kameraden geplaatst. Her en der tussen de graven staan lage kruisjes uit zwarte basaltlava, steeds per twee gerangschikt. De begraafplaats wordt getooid met zomereik, Amerikaanse eik, esdoorn en es.

  • S.N. s.d. [1938]: Deutsche Kriegsgräberstätten in Belgien. Amtl. Deutschen Kriegsgräberdienst in Belgien.
  • DELAMEILLEURE Ph. 1992: Menen-Wald, onuitgegeven brochure.
  • FREYTAG A. 2006: Die Deutschen Soldatenfriedhöfe in Flandern. Duitse militaire begraafplaatsen. Studie für das Vlaams Instituut voor het Onroerend Erfgoed, Brussel/Zürich, onuitgegeven studie door het Büro ville.jardin.paysage.
  • JACOBS M. 1996: Zij, die vielen als helden... Inventaris van de oorlogsgedenktekens van de twee wereldoorlogen in West-Vlaanderen, deel 2, Brugge.
  • Informatie toegestuurd door de Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge e.v.
  • Onderzoek/notities door Roger Verbeke.
  • Beschrijving door Gerard Deconinck (onuitgegeven).

Bron: Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier 4.001/44021/104.1, Duitse militaire begraafplaats (DECOODT H. 2009)
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Duitse militaire begraafplaats Menen-Wald [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/71020 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.