erfgoedobject

Kasteel Ter Motten

bouwkundig element
ID
71124
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/71124

Juridische gevolgen

Beschrijving

Thans gemeentehuis. Ter Motten was een Loons leen, gelegen aan de heirbaan, naast het leen Houtissen, en waarschijnlijk in dezelfde periode ontstaan. Er bevond zich mogelijk een mot of ouder kasteel op de plaats van het huidige. De oudst gekende heer is Willem de Rommershoven, vermeld in 1375. Het leen is achtereenvolgens in handen van de families de Horpmael, de Papenhoven, de Waemes (circa 1500), de Coursel en sinds 1637 van de Luikse familie de Rosen, die in 1723 de heerlijke rechten van Dilsen in pand ontvangt van prins-bisschop Louis de Berghes. Door huwelijk komt de heerlijkheid in 1784 in het bezit van de familie de Saeren. Het kasteel gaat na 1863 over naar de families van Aefferden en Moreau de Bellaing. In 1973 verkoopt Renée Moreau de Bellaing het kasteel met park aan de gemeente.

Het huidige kasteel werd gebouwd in 1725 door baron Michel de Rosen. De oudste voorstelling van het kasteel biedt de tekening van Remacle Le Loup (circa 1738): het kasteel, een rechthoekig gebouw met flankerende lagere bijgebouwen, is hier nog voorzien van zijn oorspronkelijk barokportaal, en de dienstgebouwen beperken zich tot een langgestrekte vleugel achter het kasteel. Links en rechts van het kasteel bevindt zich een kleine, ronde toren. Het voorliggende park bestaat uit twee delen: het eerste deel in formele stijl, het tweede deel een uitgestrekt grasperk (?) met een bomendreef; beide delen zijn door een hek afgesloten. Een notenbomendreef verbindt het kasteel en het gehucht Houtissen met de dorpskern aan de Maas. Op de Ferrariskaart (1771-77) is het dienstgebouw reeds voorzien van haakse vleugels. Bij de aanleg van de Rijksweg (1812-13) wordt het park in twee verdeeld; de oude ingang van het kasteel bevindt zich aan de Stokkemerbaan, de nieuwe aan de Rijksweg. In 1932 wordt het kasteel voorzien van een vleugel, aangebouwd tegen de achtergevel. Het park is thans een landschapspark met enkele merkwaardige bomen.

Het kasteel is een breedhuis van het dubbelhuistype, drie traveeën en twee bouwlagen onder mansardedak (leien). Geel geschilderde baksteenbouw op een souterrain, voorzien van kalkstenen keldervensters met hanenkam. Kalkstenen hoekbanden in regelmatig verband. De middentravee is afgelijnd met twee bepleisterde pilasters met hardstenen lijstkapiteel, en bekroond met een driehoekig fronton met uurwerk. Gekorniste kroonlijst waaronder een geprofileerde, hardstenen lijst. Smeedijzeren muurankers. De oorspronkelijke, kalkstenen kruiskozijnen werden vervangen door de huidige, rechthoekige vensters met hergebruik van materiaal voor de kalkstenen omlijstingen, en voorzien van geprofileerde hardstenen druiplijsten en lekdrempels; voorheen beluikt. De bel-etage is voorzien van een vleugeldeur met smeedijzeren hek. De oorspronkelijke barokdeur werd vervangen door de huidige, rechthoekige deur in een geprofileerde, hardstenen omlijsting met sluitsteen en neuten; bordes met recente trap.

Twee flankerende bijgebouwen met dergelijke ordonnantie, eveneens onder mansardedak.

Tegen de achtergevel werd een recente vleugel bijgebouwd, voorzien van twee hoekrisalieten en een middenrisaliet in de vorm van een vierkante toren. Mansardedaken, de toren met peervormige spits en smeedijzeren bekroning. De toren fungeert thans als trappenhuis, verlicht door middel van een groot rondboogvenster in hardstenen omlijsting. Hardstenen plint en dito waterlijsten.

Interieur: in het oude gedeelte bleven marmeren schouwen bewaard uit de 18de of 19de eeuw, sommige met Delftse tegels, 19de-eeuws stucwerk voor de plafonds, de eiken deuren en sommige van de eiken vloeren. De 18de-eeuwse beukenhouten trap werd van zijn oorspronkelijke plaats naar het latere trappenhuis overgeplaatst.

Alleen het oudste gedeelte van de dienstgebouwen bleef na de restauratie behouden: de langgestrekte vleugel tegenover de achtergevel van het kasteel. Waarschijnlijk is alleen het volume oorspronkelijk, de muuropeningen schijnen te dateren uit de tweede helft van de 19de eeuw. Zeven traveeën en één bouwlaag onder wolfsdak (leien). De oorspronkelijke dakkapellen en oeils-de-boeuf werden vervangen door moderne dakkapellen. Geelgeschilderde baksteenbouw, voorzien van gecementeerde ornamenten. Baksteenpilasters. De middentravee omvat een doorrit onder driehoekig fronton met smeedijzeren windvaan; brede korfboogpoort. Vier korfboogpoorten voor de voormalige wagenhuizen. De oorspronkelijke haakse vleugels werden vervangen door recente gebouwen. Achter de dienstgebouwen bevindt zich een ommuurde rozentuin.

  • Wandelen in Dilsen-Stokkem, uitgave van het Stadsbestuur Dilsen-Stokkem.
  • DAAMEN J., Dilsen in de historie, Dilsen, 1985.

Bron: SCHLUSMANS F. 2005: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Maaseik, Kantons Bree - Maaseik, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 19n1, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Europalaan

  • Is deel van
    Windmolen De Wachter met omgeving


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasteel Ter Motten [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/71124 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.