Burgerhuis in eclectische stijl naar een ontwerp door de architect Octave Lauwaert uit 1911 (gevelinscriptie). Opdrachtgever was de wisselagent Edouard Jacobs, die in 1905 even verderop in de Lange Leemstraat zijn privé-hotel en een burgerhuis had laten optrekken naar ontwerp van de architect Ernest Pelgrims. Het gebouw behoort tot het vroege oeuvre van Lauwaert, de zoon van de Berchemse aannemer Hippolyte Lauwaert. Tot op heden konden slechts drie nieuwbouwprojecten in Antwerpen worden geïdentificeerd, daterend uit 1909-1911.

Met een gevelbreedte van twee traveeën omvat de rijwoning vier bouwlagen onder een plat dak. De lijstgevel heeft een parement uit witte natuursteen, op een plint uit blauwe hardsteen. Axiaal van opzet beantwoordt de gevelcompositie aan een drieledig schema, opgebouwd uit de lage pui met schijnvoegen, de door kordons gemarkeerde bel-etage, en de twee bovenste verdiepingen. Een bow-window met drielicht, gebogen pseudo-fronton, een medaillon en guirlandes met strikken, legt de klemtoon op de middenas van de bel-etage. De pui is geopend door het portaal met entablement en zijlicht en de garagepoort; de rechthoekige bovenvensters hebben een geriemde omlijsting met oren, waterlijst en onderdorpel. Een klassiek hoofdgestel met houten kroonlijst op klossen vormt de gevelbeëindiging. De houten inkomdeur, het smeedijzeren traliewerk en de gietijzeren voetschraper zijn bewaard.

De plattegrond beantwoordt aan de typologie van de bel-etagewoning, ontsloten door een zijdelings ingeplante traphal met bovenlicht. Voor de helft ingenomen door een doorgang naar het achterliggende perceel, omvat de begane grond slechts de inkom- en traphal, en de keuken met ‘monte plats’. Op de bel-etage neemt het salon over de volledige breedte de straatzijde in, de eetkamer, de veranda met bovenlicht en de office de tuinzijde. De twee bovenste verdiepingen bieden telkens ruimte aan twee slaapkamers.