Deze statige woning met een natuurstenen gevel in neorococo was de derde woning die architect Jacques De Weerdt voor zichzelf ontwierp. Hij tekende de woning in 1908, toen nog wonend in zijn net gebouwde art-nouveauwoning om de hoek in de Oostenstraat.

De woning geeft uiting aan een belangrijke evolutie in zijn oeuvre. Waar hij lang vasthield aan voorbeeldboeken en zich heel verregaand baseerde op de art-nouveau-ontwerpen in Brussel, gaf hij pas vanaf 1905 een eigen invulling aan zijn art-nouveauhuizen. Hij opteerde voor een meer florale en louter decoratieve benadering; zijn eigen woning in de Oostenstraat is hier een voorbeeld van. Hier en daar duiken rond die tijd ook de eerste tekenen van neorococo op, een stijl die De Weerdt in 1908 toepast voor zijn derde eigen woning in de Lange Van Ruusbroecstraat.

De architectenwoning telt drie à vier traveeën en drie bouwlagen. Natuurstenen lijstgevel met hoger opgaand, gebogen afgesloten linker geveldeel met brede erker en ijzeren balkonleuning. Getoogde vensters in bandomlijsting, inspringend balkonvenster in rondboogomlijsting. Gebogen deur in rijk uitgewerkte omlijsting.

Naar verluidt interessant interieur met ijzersmeedwerk van L. Van Boeckel (Lier) en veranda.