Teksten van Houtzagerij Herremans

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/7222

Houtzagerij Herremans ()

Houtzagerij in eclectische stijl naar een ontwerp door de architect Jan De Vroey uit 1908, opgetrokken op een L-vormig perceel dat uitmondt in de Lange Scholierstraat. Opdrachtgever was de houtkoopman Franciscus Herremans-Lafaille (Borgerhout, 1857-1909), die hier al in 1882 een houten loods had opgetrokken. Later in 1908 liet hij door De Vroey en de architect Charles Janssens in de Carnotstraat een herenhuis in beaux-artsstijl met twee flankerende winkelhuizen in neo-Vlaamserenaissance-stijl bouwen. De houtzagerij Herremans is in 2011 gesloopt voor de bouw van sociale woningen.

De houtzagerij Herremans behoort tot het vroege oeuvre van Jan De Vroey, die midden jaren 1890 zijn loopbaan aanvatte. In deze periode bediende hij zich voor zijn residentiële architectuur zowel van het conventionele neoclassicisme, het eclecticisme, als de art nouveau. Kort vóór de Eerste Wereldoorlog bracht De Vroey de neogotische Sint-Hubertuskerk te Berchem tot stand. Actief tot zijn overlijden in 1935, ontwierp hij tijdens het interbellum zowel in de klassieke beaux-artsstijl, als de meer eigentijdse art deco.

De rechthoekige loods met een gevelbreedte van vijf traveeën omvat twee bouwlagen onder een zadeldak (nok loodrecht op de straat, golfplaten). Het parement van de brede puntgevel bestaat uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband met knipvoegen, geaccentueerd door gele en zwarte baksteen voor speklagen, ontlastingsbogen en klimmende friezen. Blauwe hardsteen is gebruikt voor de plint en lekdrempels, witte natuursteen voor de gevelsteen, hoekblokken en kapitelen. Axiaal-symmetrisch van opzet, deelt de compositie de opstand op in drie kolossale spaarvelden, waarvan het middelste een rondboogvorm kreeg, geaccentueerd door pilasters met metopen in het lijstkapiteel. De inrijpoort overspannen door een ijzeren latei met rozetten, een gevelsteen met de inscriptie “F. HERREMANS”, een hoog rondbogig laadluik en een steigergat voor de hijsbalk, markeren de brede middenas. Oorspronkelijk getraliede steekboogvensters, en twee kleinere rondboogluiken doorbreken de zijtraveeën, die zijn afgewerkt met klimmende, overhoekse baksteenfriezen. Een houten kroonlijst op gestrekte uiteinden vormt de gevelbeëindiging.

Het driebeukige interieur is opgedeeld door bakstenen troggewelven met ijzeren balken, die rusten op twee rijen van vijf gietijzeren kolommen. De bovenverdieping wordt afgedekt door een houten dakspant. Oorspronkelijk stonden de zaagmachines, aangedreven door een motor met een vermogen van 35 PK, in de zijbeuken opgesteld, aan weerszij van de doorgang naar het binnenterrein. De bovenverdieping, enkel ontsloten door valluiken, diende voor houtopslag.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1908#7 en 1882#576.
  • DRIESEN J. 2011: Exit Houtzagerij Herremans; industrieel-archeologisch erfgoed verdwijnt uit de Seefhoek, Infoblad Antwerpse Vereniging voor Bouwhistorie en Geschiedenis 2011.3, 20-28.

Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Houtzagerij Herremans [online], https://id.erfgoed.net/teksten/313524 (geraadpleegd op ).


Pakhuis ()

Oorspronkelijk pakhuis of magazijn (?) van circa 1900. Baksteenbouw op arduinen plint, zadeldak (nok loodrecht op de straat, golfplaten). Brede puntgevel met kleurige baksteenbanden, aflijnende en ritmerende lisenen en overhoekse baksteenfries. Segment- en rondboogvensters met recente beglazing.

Interieur met troggewelven op ijzeren balken en dito zuilen.


Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Houtzagerij Herremans [online], https://id.erfgoed.net/teksten/7222 (geraadpleegd op ).