De hoeve wordt voor het eerst vermeld in 1530. Gaaf bewaarde, L-vormige hoeve, op een gevelsteen gedateerd 1841, doch oudere kern. Reeds aangeduid op de Ferrariskaart (1771-77) als langgestrekte hoeve met nok loodrecht op straat. In haar huidige vorm aangeduid in de Atlas van de Buurtwegen (1845). Op een balk in het woonhuis bevindt zich de datering 1810 met de initialen T H (Thomas Herxkens). In het derde kwart van de 19de eeuw werd tegenover dit gebouw een dienstgebouw toegevoegd. Het woonhuis bevindt zich in de haakse oostvleugel (nok loodrecht op straat) en in de eerste twee traveeën van de noordvleugel aan straatzijde (nok parallel met de straat). De vleugel aan straatzijde omvat voorts de inrijpoort, de potstal en de langsschuur. Tegen dit gedeelte werden aan erfzijde in het vierde kwart van de 19de - begin 20ste eeuw lage varkensstallen aangebouwd.
Bakstenen gebouw van één bouwlaag onder zadeldaken (Vlaamse pannen). Gecementeerde plint. In de zuidzijgevel een mergelstenen gevelsteen, moeilijk leesbaar: [.] T M P (?)/1841. De voorgevelordonnantie van het woonhuis bevindt zich aan de oostzijde: dubbelhuis van vijf traveeën, voorzien van rechthoekige, beluikte houten kozijnen; de twee traveeën aan straatzijde zijn voorzien van twee kleine, rechthoekige zoldervensters. Rechthoekige deur in houten kozijn. Lage, rondboogvormige inrijpoort. In de westzijgevel, de rondboogpoort van de langsschuur. Zijgevels met aandaken en vlechtingen; twee bakstenen uilengaten in de westzijgevel. De noordvleugel is aan erfzijde voorzien van tegen de gevel aangebouwd lage varkensstallen onder lessenaarsdak (Vlaamse pannen). Lage rechthoekige deuren onder houten latei.
Losstaand, bakstenen dienstgebouw van één bouwlaag onder zadeldak (Vlaamse pannen). Het omvat in de linkertravee het bakhuis, vervolgens een open schob en paardenstal. Muuropeningen in houten kozijn. Zijgevels met aandak, vlechtingen en topstuk rechts. Tussen het woonhuis en deze vleugel bevindt zich een muur met getoogde deur. Haaks op het dienstgebouw een recentere, lage varkensstal, baksteen, één bouwlaag onder lessenaarsdak (Vlaamse pannen).
Op het erf de waterput met houten boom. De traditionele omgeving van de hoeve bleef gaaf bewaard: ten westen en zuiden bevinden zich weilanden, ten oosten, aan straatzijde, de met meidoorn omhaagde moestuin en boomgaard.
- HENKENS P., Molenbeersel, een dorp uit (de) duizend, 1999, p. 65-66.
- TIMMERMANS K., De boerderijen van Molenbeersel tot 1950, H.R.I.T.H.V. Hasselt, 1985, 19.