Gebouwencomplex van de voormalige Hogere Handelsschool, opgetrokken rond het sober neogotisch L-vormig hoekgebouw naar ontwerp van kanunnik Jan Janssen uit 1913-1914, inspecteur van gebouwen van de universiteit. Het pand huisvestte oorspronkelijk de afdelingen Handels-, Economische en Actuariële Wetenschappen van de Leuvense universiteit en verder het Museum van Handelswezen en het Koloniaal Museum. Het bakstenen gebouw van vier bouwlagen onder een stijl leien zadeldak met houten dakkapellen, telt tien traveeën in de Dekenstraat en zes in de Andreas Vesaliusstraat. Naast Brugse traveeën met verkleinende kruisvensters en drielichten die uitlopen op een afgeplatte tudorboog, worden de inkom- en hoekpartij, evenals de oorspronkelijk vrijstaande zijgevels, geaccentueerd door als trapgevel uitgewerkte muurpartijen, afgelijnd met achthoekige pinakels. Het bovenlicht van de metalen toegangsdeur en het aanpalend drielicht, beide onder getrapte tudorbogen in het verheven gevelvlak van het risaliet, zijn gevuld met historiserend glas in lood. In de vierde bouwlaag, boven een houten kroonlijst op bakstenen muizentandfries, doorbreken dakkapellen met trapgeveltjes de houten goot op klossen. In 1937 werd langs de Dekenstraat het Instituut voor Geografie toegevoegd naar plannen van ingenieur J. Van Pelz: een zes traveeën en twee bouwlagen tellend volume, dat in 1948 door architect Prosper Holman met vijf traveeën uitgebreid werd en in 1949 met één bouwlaag verhoogd door architect Frans Delang naar huidig model. De neotraditionele gevel, geleed door bakstenen muurdammen en rechthoekige kruisvensters, stemt qua ritmering volledig overeen met het oudere hoekpand. In 1958-1959 werden een haakse uitbreiding met auditoria en een groot volume met leslokalen, parallel aan de Dekenstraat gerealiseerd, eveneens door architect Delang ontworpen in een functionele vormgeving met grote vensteropeningen; dit laatste gebouw werd recent gerenoveerd en van een postmoderne voorzetgevel voorzien. Langsheen de Andreas Vesaliusstraat (nummer 21) werd door architecten Jan Delrue en Guido Konings in 1968 een laatste uitbreiding ontworpen met een kubistische volumetrie en brutalistische gevel in expressief gefrijnde beton. Sinds de faculteit Economische Wetenschappen naar het Hogeheuvelcollege (Naamsestraat) is verhuisd, worden de gebouwen gebruikt door verschillende departementen van de universiteit. Interieur. Binnenin valt vooral de hoofdtrap op, met volledig hardstenen treden en een reling in smeedwerk. In de gangen bleef de originele houten lambrisering bewaard, evenals belangrijke delen van het binnen- en buitenschrijnwerk en beslag. Verder nog enkele met polychrome wapenschilden versierde balkconsoles.