is aangeduid als beschermd monument Parochiekerk Sint-Hubertus
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Sint-Hubertus
Deze vaststelling is geldig sinds
De Sint-Hubertuskerk was tijdens het ancien régime een quarta capella van de Sint-Lambertuskerk van Opglabbeek. Patronaatsrecht en tienden waren, zoals die van de kerk van Opglabbeek, door een schenking van de graven van Loon in 1219, in handen van de abdij van Averbode. Vanaf 1283 had Neerglabbeek een eigen priester, doch gedurende lange periodes bediende de pastoor van Opglabbeek beide gemeenschappen. De pastoors waren steeds kloosterlingen van de abdij van Averbode. Pas in de 19de eeuw werd Neerglabbeek een zelfstandige parochie.
De huidige kerk vervangt een romaans gebouw van breuksteen en Maaskeien, waarvan resten behouden bleven in de onderbouw van de toren en mogelijk ook in de plint van het schip. Deze behoren waarschijnlijk bij de oorspronkelijke kerk die hier door de graven van Loon gebouwd werd en die reeds in de 13de eeuw bestond. De bovenbouw van de toren werd gebouwd in overgangsstijl in de 13de eeuw (volgens Timmers 14de eeuw). Het gotische koor en het middenschip dateren uit het midden van de 15de eeuw (1459, confer latei koordeur). Het schip werd verbouwd in 1668. Begin 19de eeuw werden de zijbeuken verhoogd en verbreed, en samen met het middenschip onder één dak geplaatst; de zijbeuken werden voorzien van vlakke zolderingen. In 1934 werd naar ontwerp van K. Gessler (Maaseik) haaks op de noordzijde een moderne kerk gebouwd met koor in het noorden, waarin de noordelijke zijbeuk van de oude kerk werd opgenomen. Restauratie in 1993-94 naar ontwerp van E. Martens (Maaseik).
De kerk is gelegen binnen het ommuurde kerkhof. Rondom de kerk een voetpad van Maaskeien.
De plattegrond beschrijft een driebeukig schip van twee traveeën, een vierkante, voorstaande westtoren, en een koor van twee rechte traveeën met driezijdige sluiting.
Mergelstenen schip op plint van breuksteen, voornamelijk Maaskeien, met hardstenen afwerking. Midden- en zijbeuken onder één zadeldak (leien). Eenvoudige rondboogvensters.
Mergelstenen toren van één geleding onder tentdak (leien). De onderbouw van de oorspronkelijke toren, opgetrokken uit breuksteen, voornamelijk Maaskeien, bleef behouden, evenals een aantal muurpartijen in de verschillende gevels. Waarschijnlijk was de toren oorspronkelijk massief; thans een laag rondboogportaal (17de-eeuws) in de westgevel, in een omlijsting van hergebruikte (?) breuksteen en kalksteenblokken. Geprofileerde mergelstenen kroonlijst. Eronder op elke zijde twee smalle, rondboogvormige galmgaten.
Mergelstenen koor op een onderbouw en plint van gebouchardeerde kalksteenblokken. Steunberen van vier versnijdingen. Hoge spitsboogvensters in een geprofileerde omlijsting met afgeschuinde onderdorpel en kordon vormende lekdrempels. In de eerste rechte koortravee van de zuidzijde, klein rechthoekig portaal in een omlijsting van gebouchardeerde kalksteenblokken met mijtervormige latei op geprofileerde consoles; hierop een gotisch opschrift met datering 1459. In één van de koorzijden een waterspuwer voor het ablutiewater; in de meest oostelijke zijde, onder het venster, een nis met Sint-Hubertusbeeldje. Bepleisterd interieur, op de mergelstenen ribben en kalkstenen zuilen na. Overdekking uit de 15de eeuw door middel van een kruisribgewelf met doorlopende topnerf, gedragen door consoles op een kleine colonnet; straalgewelf boven de koorsluiting. Scheiding tussen midden- en zijbeuken door een geprofileerde mergelstenen rondboogarcade op kalkstenen zuilen met Maaskapiteel, aan het koor door een mergelstenen halfzuil. De vlakke zoldering van de zijbeuken dateert van de verbouwing uit begin 14de eeuw. Spitsboogvormige scheiboog tussen koor en schip op mergelstenen halfzuilen. Classicistisch stucwerk (begin 19de eeuw) voor de tandlijsten, de omlijstingen van de vensters en het doksaal.
De vergroting van 1934 is een bakstenen zaalkerk van vijf traveeën onder zadeldak (leien); plint van rode baksteen. Steunberen tussen de traveeën. Spitsboogvormige drielichten. Koor van één rechte travee met vlakke sluiting.
Bakstenen interieur met spitstongewelf op betonnen gordelbogen met dito topnerf.
Mobilair: beeld Jezus aan het Kruis, geschilderd hout, Maasland (circa 1400?); exterieur: klein Sint-Hubertusbeeldje in de nis in het koor, hout, volkskunst (17de-eeuws ?). Communiebank, eik, neogotisch (tweede helft 19de eeuw); communiebank van de nieuwe kerk, marmer (circa 1934). Doopvont, hardsteen met een deksel van messing, neogotisch (tweede helft 19de eeuw).
Bron: SCHLUSMANS F. 2005: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Maaseik, Kantons Bree - Maaseik, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 19n1, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Neerglabbeek
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Hubertus [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/72459 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.