Burgerwoning die in 1911 naar ontwerp van O. Devos werd opgetrokken als een enkelhuis van drie bouwlagen, twee traveeën op het gelijkvloers en één travee in de bovenbouw. De bakstenen gevel, afgelijnd door een hoge hardstenen plint met breuksteen en een ver uitkragende kroonlijst op consoles, wordt gekenmerkt door het decoratief spel van lijnen en ontlastingsbogen in witte en gesinterde baksteen, hardstenen cordons, de afwisseling van verzonken en verhoogde muurvlakken in de bovenbouw en de duidelijk art-deco-getinte bekroningen in blauwe hardsteen aan weerszijden van de kroonlijst. Zeer stijltypisch zijn de deur met hoog, rondboogvormig bovenlicht, het hoefijzerboogvormige venster op de gelijkvloerse verdieping, de trapeziumvormige erker die door middel van een verhoogd venster overloopt in het balkon van de bovenste bouwlaag, het schrijnwerk met gebogen en rechte roeden en de glas in lood voorzetglazen met art-decomotieven.
Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier 72651 (bouwvergunning 27.02.1911).
Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)