erfgoedobject

Volksbank van Leuven

bouwkundig element
ID
72552
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/72552

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Volksbank van Leuven
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is aangeduid als beschermd monument Volksbank van Leuven
    Deze bescherming is geldig sinds

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Volksbank van Leuven
    Deze vaststelling was geldig van tot

Beschrijving

In 1889 stichtte Joris Helleputte de Volksbank van Leuven, een spaar- en kredietmaatschappij ter ondersteuning van de Gilde van Ambachten en Neringen. In 1912 werd aan Joseph François Piscador (1866-1928) gevraagd een gebouw voor de Volksbank te ontwerpen in neogotische stijl. Het pand werd opgetrokken aan de Muntstraat en stond rechtstreeks in verbinding met het 18de-eeuwse herenhuis hotel d'Eynatten (Eikstraat 4-6), dat dienst deed als directeurswoning en dienstuitgang bij de lokalen en kantoren in het hoofdgebouw.

Historiek

Ter ondersteuning van de in 1885 opgerichte Gilde van Ambachten en Neringen werd in 1889 door Joris Helleputte (1852-1925) de Volksbank van Leuven opgericht, een coöperatieve spaar- en kredietmaatschappij ten behoeve van de aangesloten gildenleden. Aanvankelijk was de Volksbank samen met het Gildehuis ondergebracht in de oude gebouwen van het Sint-Franciscushof, onderdeel van het voormalige Minderbroedersklooster in de gelijknamige straat. Door de voortdurende uitbreiding van de aan- en verkoopdienst van de Boerenbond die er sinds 1890 kantoorruimte huurde diende echter naar een andere locatie gezocht. In 1912 werd aan J.F. Piscador (1866-1928), architect en leerling van Helleputte, gevraagd in samenwerking met beeldhouwer en gildelid F. Vermeylen een gebouw voor de Volksbank te ontwerpen in neogotische stijl. Eind 1912 werd het omvangrijke eigendom van de overleden Ferdinand Storms, Muntstraat 9 (huidige nummer 3) voor afbraak te koop aangeboden. Het was gunstig gelegen in het centrum van de stad, vlakbij stadhuis en Grote Markt, aan de aloude verbindingstraat tussen Naamsestraat en Tiensestraat, twee belangrijke uitvalswegen. Op 27 januari 1913 werd de sloopvergunning afgeleverd en reeds kort daarna, op 6 februari, volgde de vergunning voor het optrekken van een nieuwe Volksbank met Gildehuis. Volgens de in het Leuvense stadsarchief bewaarde plannen bestond het project uit een tweelaagse straatvleugel (circa zeventien bij dertien meter) met links van gang en traphal de directielokalen en rechts de conciërgewoning; hierop aansluitend achteraan de eenlaagse volumes van de centrale publiekshal (dertien bij tien meter) waarrond de burelen lagen gegroepeerd.

De feestelijke inhuldiging die voor 31 augustus 1914 was gepland diende verdaagd, als gevolg van het uitbreken van de oorlog en de zware brandstichting, die een groot deel van de binnenstad in de as legde. In 1917 werd het complex verruimd door de incorporatie van het achterliggende 18de-eeuwse herenhuis hotel d'Eynatten, Eikstraat 4-6, dat werd herbestemd tot directeurswoning en dienstuitgang bij de lokalen en kantoren van het hoofdgebouwaan de Muntstraat. Pas in 1918 werd de Volksbank officieel in gebruik genomen.

In 1925 werd de publiekszaal (aan de zijde van de Eikstraat) uitgebreid met onder andere nieuwe burelen, een keuken, een koer en een toilet, eveneens naar ontwerp van Piscador. Enkele jaren later, in 1927-1928, volgde een vergroting van de kantoorruimte onder leiding van architect A. Van den Eynde. Tezelfdertijd werden hoofdgebouw en directiewoning met elkaar verbonden door een binnentrap. In 1948 volgde een uitbreiding richting Boekhandelstraat en in 1954 werd de portierswoning inwendig verbouwd (haard, bergplaatsen). Later volgen nog diverse kleinere interne aanpassingen.

Met de oprichting van diverse dochterbanken in het Nederlandstalig landsgedeelte kende de Volksbank van Leuven - intussen omgevormd tot een Naamloze Vennootschap - een belangrijke expansie.

Tijdens de crisisjaren van het interbellum brak een periode van fusies aan die uiteindelijk resulteerden in de oprichting van de Kredietbank, die van een bescheiden bank zou uit groeien tot een van de grootste financiële instellingen in België. Tot eind einde jaren 1970 had de Kredietbank (nu KBC) haar hoofdzetel in de Leuvense Muntstraat waarna ze verhuisde naar een nieuwbouw op het Ladeuzeplein.

In 1980 werd het gebouwencomplex aangekocht door de stad Leuven die er administratieve diensten in onderbracht. Vóór de overdracht werden de éénentwintig glas-in-loodramen uit het atelier van Charlier die de grote zaal sierden verwijderd en overgebracht naar de nieuwe vestiging op het Ladeuzeplein. Recent ging het goed terug over naar een nieuwe eigenaar.

Beschrijving

De voormalige Volksbank van Leuven bestaat uit het in 1913-1914 door Piscador gerealiseerde bankcomplex, Muntstraat 3, en het achterliggende, als directeurswoning en dienstuitgang geïncorporeerde, 1760 gedateerde hotel d’Eynatten, Eikstraat 4-6. Samen vormen ze, op enkele binnenkoeren na, een volledig verdicht bouwblok tussen beide straten.

De Volksbank (1913-1914) van Piscador omvat een tweelaagse straatvleugel waarop achteraan de eenlaagse volumes van centrale publiekshal met omliggende burelen, bibliotheek, sanitair en binnenkoeren aansluiten. Het hele complex is opgetrokken in baksteen met uitzondering van de sterk geëlaboreerde voorgevel in witte natuursteen.

Het ruim zeventien meter brede, rechthoekige hoofdvolume aan de Muntstraat is uitgewerkt als een laatneogotisch, deels onderkelderd breedhuis van twee bouwlagen en vier ongelijke traveeën onder een natuurleien zadeldak, bekroond met een zorgvuldig gedetailleerd, zwaar schouwmassief en vier houten dakkapellen met metalen bolspits.

De asymmetrische traveegeleding van de opmerkelijk rijk gedetailleerde gevelpartij wordt geaccentueerd door de gevelhoge, op colonetvormige consoles uitlopende pilasters waartussen de korfboogvormige twee-, drie- en vijflichten liggen vervat. Het verticale ritme wordt getemperd door de horizontaliserende belijning van opeenvolgend de hardstenen sokkel met zigzagmotief, de decoratieve fries als duidelijke scheiding tussen de vensterregisters en tenslotte de sierlijke geajoureerde, bekronende attiek. De vormgeving en ornamentering zijn laat-neogotisch geïnspireerd zoals onder meer de korfboogvormig, geprofileerde omlijstingen van deur en vensters met flankerende colonnetten, de talrijke vegetale ornamenten, de drielob- en vierpasmotieven, de fraai uitgewerkte diefijzers van de benedenvensters en de houten vleugeldeur met briefpanelen en sierlijk gedetailleerde makelaar.

De oorspronkelijke functie en benaming van het gebouw worden geëxpliciteerd in het opschrift "GILDE VAN AMBACHTEN EN NERINGEN / VOLKSBANK VAN LEUVEN" boven het drielicht in de deurtravee en door de repeterende initialen "VB" (Volksbank) ter versiering van de kroonlijst. Daaraan gerelateerd vormen de diverse symboliserende ornamenten een typerend decor: in de middenfries figureren van links naar rechts de gilde-emblemen van de loodgieters, smeden, schilders, steenkappers, goudsmeden, bouwmeesters, glazeniers, klerken, brouwers, beeldhouwers, kleermakers, plakkers, houtbewerkers, schoenmakers, metselaars en boekbinders; op de pilasteruiteinden wapendecoraties die de Vereniging, de Gilde van Ambachten en Neringen, de Volksbank, Leuven en België-Brabant uitbeelden.

De sculpturaal, opmerkelijk rijk gedetailleerde voorgevel staat in sterk contrast met de louter functionele baksteenarchitectuur van achtergevel en achterliggende, eenlaagse en vlak afgedekte volumes met deels getraliede, lichtgetoogde vensteropeningen en met daarnaast een omlopend, rechthoekig bovenlicht ter verlichting van de grote publiekszaal.

Interieur

Inwendig getuigen diverse elementen van het neogotische totaalconcept: houten parketvloeren, vele paneeldeuren met spitsboogmotief, pilasters met bladwerkkapiteel en een open bordestrap met rijk gesculptureerde trapaanzet met beurs, uiltje, silhouet stadhuis, schild van België. Markant is tevens het zuilenportiek met gedrukte bogen dat de overgang vormt tussen de grote publiekszaal en de omliggende burelen.

Daarnaast getuigen diverse interieurelementen van latere aanpassingen zoals de mozaïek- en granitovloer, de roodmarmeren lambrisering en beige marmeren trap met smeedijzeren leuning in de verbindingshal met het hotel d’Eynatten.

  • Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier 74460 (bouwvergunning 06.02.1913); dossier 85416 (bouwvergunning 25.09.1925).
  • COOMANS T. 2003: Piscador, Joseph François, in: VAN LOO A. (red.), Repertorium van de architectuur in België van 1830 tot op heden, Antwerpen, 451-452.
  • DE MAEYER J. & VAN MOLLE L. (red.) 1998: Joris Helleputte. Architect en politicus 1852-1925. Biografie, Leuven.
  • JUVEYNS L. 1998: Joseph François Piscador (Gent 1866 - Wilsele 1928) bouwmeester-architect. Een controversieel Leuvens neogotieker, Leuven.
  • LEFEVER F.A. 1979: Architect Joseph, François Piscador, de late neogotieker, Mededelingen van de Geschied- en oudheidkundige kring voor Leuven en omgeving 19, Leuven, 64-74.
  • S.N. 1990: Van gilden en ambachten tot moderne handelsstad, LGB-krant 4.4, doc.69.
  • VAN EVEN E. 1895: Louvain dans le passé et dans le présent, Leuven, 234.

Bron: Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier DB002308, Leuven: Muntstraat 3: de “Volksbank van Leuven” en Eikstraat 4/6: het zgn. hotel d’Eynatten 5 (PAESMANS G., VERLOOVE C., 2009).
Auteurs: Verloove, Claartje; Paesmans, Greta
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is gerelateerd aan
    Hôtel d'Eynatten

  • Is deel van
    Muntstraat


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2025: Volksbank van Leuven [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/72552 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.