Bescheiden burgerhuis, in 1903 naar ontwerp van G. Decock opgetrokken en opgevat als een enkelhuis van twee traveeën en twee bouwlagen onder een leien mansardedak met een als tuitgevel uitgewerkt dakvenster dat voorzien is van schouderstukken en een topstuk waarop een windvaan prijkt. Bezette lijstgevel met hardstenen plint en neoclassicistische decoratie, meer bepaald de met Franse voegen gecementeerde begane grond, de spiegel boven de oorspronkelijke deur met bovenlicht, de steekboogvensters in geriemde omlijstingen onder een hoofdgestel, boven het venster met Frans balkon bekroond door een fronton, en de kroonlijst op sierlijk uitgewerkte modillons.
Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier 64957 (bouwvergunning 19.02.1903).
Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)