Beeldbepalende hoeksluiting die volgens de bouwvergunning van 1921 oorspronkelijk resulteert uit een samenstel van twee woonpanden met respectievelijke ingang in de uiterste hoektraveeën aan beide straten.
Opgetrokken met drie bouwlagen en in totaal elf traveeën onder een mansardedak en een gevelfront met predominant neo-Lodewijk XVI getint uitzicht, waarvoor het ontwerp met een licht afwijkende detaillering (voor vensterbalkons- en leuningen) op naam staat van architect G. Decock. Baksteenbouw met contrastrijke verwerking van witte natuursteen, boven een arduinen plint. Het sterk verticale gevelritme wordt aangegeven door de superpositie van geblokte pilasters in de benedenbouw en kolossale Ionische pilasters op de bovenverdiepingen. Voor een horizontaliserend effect hierbinnen zorgen de zware puilijst met aansluitend de balusterleuningen, de muurbanden, het klassieke hoofdgestel en de omlopende geajoureerde attiek. Voorts toepassing van een karakteristieke ornamentatie, onder meer voor de consoles en sluitstenen, de omlijstingen (met oren, festoenen en maskerkoppen) van de rechthoekige en getoogde bovenvensters en het halsvormige dakvenster dat de bredere hoekgevel markeert. Voor omschakeling van woon- naar winkelfunctie werd de begane grond in een recentere periode deels aangepast; mansardevensters vervangen heden de oorspronkelijke oeils-de-boeuf.
Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier 80956 (bouwvergunning 18.07.1921).
Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)