Nummer 53 werd door architect G. Sterckx ontworpen in 1921, met een halsgevel gekenmerkt door een geïnterpreteerde vormgeving met Lodewijk XIV-/XV-inslag: bak- en natuurstenen bovenbouw met gevelhoge hoekpilasters als begrenzing van de brede travee, omlijste rondbogige vensters in de gebogen erker onder balustrade en dito drielicht met deelpilasters erboven. Bewaarde korfbogige puiomlijsting van blauwe hardsteen. Voorts typische ornamenten als consoles, sluitstenen, cartouches en siervazen.

Nummer 55 werd opgetrokken met een classicistisch geïnspireerde penantengevel, naar een 1917 gedateerd ontwerp van architect A. Stevens. Lijstgevel met contrastrijke verwerking van bak- en natuursteen, rechthoekige vensters in bandomlijsting en een risalietvormende middentravee verhoogd met een dakvenster in een barokiserende omlijsting. Volledig opengewerkte en aangepaste oorspronkelijke pui.