Tweelaagse breedhuisjes die vermoedelijk opklimmen tot de 17de of 18de zo niet tot begin 19de eeuw, en aanpassingen ondergingen in de loop van de tweede helft van de 19de en de 20ste eeuw.
Volgens archiefgegevens vormden het drie traveeën tellende nummer 153 en het één travee brede, inmiddels gemoderniseerde nummer 155 voorheen blijkbaar één ensemble, voorzien van dakkapellen, dat in 1863 alleszins reeds was opgesplitst Het twee traveeën brede nummer 180 bewaart nog een linker aandak De aanpassingen in neoclassicistische stijl uiten zich onder meer in de bepleistering met imitatiebanden of -voegen, het minder of meer verrijkte geveldecor, de uitgesproken vensteromlijstingen en in de nog bewaarde klassieke gevelbeëindigingen. Nummer 161, dat drie traveeën telt en tot 1877 zijn enkelhuisopstand behield, vertoont een verankerde beschilderde bakstenen bovenbouw met rechthoekige vensters in een vlakke omlijsting en een bepleisterde benedenbouw met vitrine. Voorts verbouwde puien.
Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)