Na de Eerste Wereldoorlog herbouwd naar ontwerp van architect G. Decock, van 1921. Onderkelderd herenhuis van drie bouwlagen en vier traveeën met enkelhuisopstand, onder een pseudo-mansardedak met dakkapellen. Gevelfront in wederopbouwstijl met vermengde neobarok- en neo-Lodewijk XV-inslag en opgetrokken uit baksteen met ruime verwerking van blauwe hardsteen voor de sokkel en het belijnde parement van de begane grond, het lijstwerk en het decor. Vormgeving met risalietpartijen voor de poort- en twee laatste venstertraveeën, een halsvormige bekroning met dakvenster voor de bredere venstertravee met uitgebouwde erker. Verder ook een enigszins speelse inbreng van gevarieerde venstervormen, met behouden raamwerk: rond- en korfbogig beneden, getoogd en schouderboogvormig binnen doorgetrokken band- of geprofileerde boogomlijstingen in de bovenverdiepingen, op de bel-etage bijkomend gemarkeerd door een panelendecor. Barok getinte omlijsting voor de rondboogpoort, met bewaarde houten deurvleugels en waaiervormig verdeeld bovenlicht, en erboven het oculus onder booglijst.
Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier JL 143 (bouwvergunning 29.08. 1921).
Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)