Volgens de bouwvergunning van 1910 samen met de nummers 56 en 58 opgetrokken als één geheel van drie woningen en een magazijn, met drie bouwlagen, zes traveeën volgens repeterend schema en een bredere magazijntravee, onder plat dak. Tijdstyperende doorsnee-architectuur: gevel van rode baksteen verlevendigd door witte baksteen voor muurbanden en boogstenen en arduin voor de plint, lekdrempels, bovendorpels en omlijstingen van de rechthoekige benedenvensters en deuren. Voorts getoogde bovenvensters, telkens gedicht in de deurtravee en het magazijngedeelte met poort onder een ijzeren I-balk met rozetmotieven. Bewaarde houten kroonlijsten met consoles als gevelbeëindiging.