Burgerhuis in neoclassicistische stijl naar een ontwerp door de architect Nestor Gerard uit 1907. Opdrachtgever was de Duitser Richard Hermann Schaufuss (°Chemnitz, 1882), die zich in 1904 vanuit Durlach te Antwerpen gevestigd had. Hij huwde er in 1908 met de onderwijzeres Anna Maria Van Camerijk (°Antwerpen, 1883), dochter van de beeldhouwer Lodewijk Theodoor Van Camerijk, en kreeg twee zonen Herman Paul Louis en Erich Richard Louis, geboren in 1911 en 1913. Schaufuss was vóór de Eerste Wereldoorlog klerk bij de Minerva Motors, en zette dit werk als militair voort onder de Duitse bezetting. Zijn echtgenote stond voor de klas in het stedelijk onderwijs.
Nestor Gerard was in Antwerpen vermoedelijk actief van eind jaren 1880 tot omstreeks 1920. Tijdens het decennium vóór de Eerste Wereldoorlog past hij voor zijn privé-architectuur een veelheid aan stijlen toe.
De rijwoning met een gevelbreedte van drie traveeën, telt drie bouwlagen onder een zadeldak. Bepleisterd en beschilderd op een hardstenen plint, beantwoordt de lijstgevel aan een conventioneel compositieschema dat de klemtoon op de middenas legt. Het bij de bouwaanvraag gevoegde gevelontwerp was nochtans rijker van opzet, met een centrale erker, en een door pilasters, een drielicht en een gebogen pseudo-fronton geaccentueerde topgeleding. Zoals uitgevoerd wordt de pui belijnd door schijnvoegen, en bekroont een klassiek hoofdgestel de bovenbouw. Waar de muuropeningen met sluitsteen vlak omlijst zijn, markeren een balkon met smeedijzeren borstwering en een gebogen fronton het centrale venster. Verder is het decor ontleend aan de Lodewijk XVI-stijl, met typische consoles en guirlandes. Het houten schrijnwerk van de deur en vensters is bewaard.
De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een voorbouw en een smalle achterbouw in entresol bestaat. Op de begane grond wordt de gebruikelijke enfilade van salon, eetkamer en veranda met bovenlicht, geflankeerd door de inkom, het trappenhuis en de keuken. De bovenverdiepingen omvatten vermoedelijk een ruime voorkamer en een kleinere achterkamer, met een badkamer of 'cabinet de toilette' in de achterbouw.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2012: Neoclassicistisch burgerhuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/141348 (geraadpleegd op ).
Enkelhuis van drie traveeën en drie verdiepingen in neoclassicistische stijl, van omstreeks 1900. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel met arduinen sokkel, imitatievoegen onder brede puilijst, centraal balkon met ijzeren leuning op geornamenteerde consoles, gelede architraaf, fries met stucwerk en kroonlijst op (gekoppelde) consoles. Steekbogige en rechthoekige vensters in bandomlijsting. Balkonvenster onder entablement met gebogen fronton. Steekboogdeur met sierlijk bovenlicht.
Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Neoclassicistisch burgerhuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/7299 (geraadpleegd op ).